Tartini: Sonate piccole voor soloviool nr. 25-30. Peter Sheppard-Skærved. Toccata TOCC 0454 (67’26”).
Op Toccata TOCC 0146, TOCC 0208, TOCC 0272 en TOCC 0363 verschenen de vorige uitgaven waarop de Britse violist Peter Sheppard-Skærved (1966) de dertig in ‘kleine solosonates; van Giuseppe Tartini (1692 - 1770) vastlegde. In totaal nemen ze ruim zes uur in beslag en niemand voor hem heeft zich aan een volledige opname gewaagd. Maar het gaat wel om het grootste contingent werken voor soloviool na Bach. Slechts weinigen zullen ze alle willen bezitten, maar één van deze cd’s misstaat beslist niet in een verzamelaars discotheek.
Het moet een gigantische klus zijn geweest voor de violist om de experimentele harmoniëen, de dissonanten en de vrij radicale opvattingen van de ervaren componist op zijn oude dag volledig recht te doen. Maar het is gelukt zonder intonatieproblemen of kleine foutjes in de vingerzetting.
Daar ging wel het nodige aan vooraf, want de violist moest wel eerst de nodige bronnenstudie in de manuscripten bedrijven en bestuderen, er foutjes moest uitvissen want Tartini schreef de werken in een soort notensteno waar ook muziekuitgevers niet zonder kleerscheuren op te lopen mee uit de voeten konden.
Maar wat een verbeeldingskracht en rijkdom aan ideeën toont Tartini hier, al klinkt de muziek soms wat onschuldig. Nu eens luchtig, dan weer melancholiek of met pathos, maar steeds als fraai samenhangend kort verhaaltje met mooie versieringen. Vaak volgde Tartini het model van Vitali.
En Sheppard-Skærved voegt daar een persoonlijk karakter en de nodige identificatie aan toe.