Tcherepnin, N.: Narcisse et Echo op. 40. Haags kamerkoor met het Residentie orkest o.l.v. Gennady Rozhdestvensky. Chandos CHAN 9670 (53’12”). 1998
De in St. Petersburg geboren componist, dirigent en pianist Nicolai Tcherepnin (1873 - 1945) is de vader van de bekendere Alexander Tcherepnin (1899 - 1977) en leidde het eerste seizoen van Diaghilevs Ballets russes in Parijs. Zelf scheef hij daarvoor zes balletmuzieken, waarvan Narcisse et Echo uit 1911 de eerste is.
Het gaat om het bekende verhaal uit de Griekse mythologie over de knap ogende Narcis die door meisjes werd aanbeden, maar wier liefde hij versmaadde om door de bossen te kunnen zwerven. De bergnimf Echo volgde hem als een schaduw en wilde contact met hem, maar ze kon niet zelfstandig praten omdat de godin Hera haar had gestraft wegens door haar verspreide kletspraatjes; ze kon alleen herhalen wat anderen hadden gezegd en niet zelf een gesprek beginnen. Dat leidde tot niets in de toenadering tot Narcis en na enige tijd ging ze aan deze ongelukkige liefde ten onder.
Als student van Rimsky-Korsakov wist de componist hoe hij kleurige, sprookjesachtige muziek moest schrijven en hij wist dat met een groot orkest op enigszins pointillistische wijze te realiseren. Wel werd hem verweten dat het eerder Franse dan Russische ballet als dansstuk wat te statisch was, waardoor het niet langdurig op het programma bleef. De danser Nijinsky had het er moeilijk nee. De decors ware van Bakst, de choreografie verzorgde Fokine.
Het bekoorlijke werk wordt met veel charme bijzonder mooi door Rozhdestvensky uitgevoerd. Er is nog wel een andere opname met in plaats van een koor de tenor Moon Yung Oh en het Bambergs symfonie orkest o.l.v. Lukasz Borowicz (CPO 555.250-2), maar die heeft niet dezelfde bekoring.
Verder is er van deze Tcherepnin een nog een opname van het ballet Het paviljoen van Armide door het Moskou’s Symfonie orkest o.l.v. Henry Shek (Marco Polo 8.223779).