Tchaikovsky: Vioolconcert in D op. 35; Sérénade mélancolique op. 26; Valse-scherzo op. 34; Souvenir dún lieu cher op. 42. Julia Fischer met het Russisch nationaal orkest o.l.v. Yakov Kreizberg c.q. Yakov Kreizberg (piano). Pentatone PTC 5186.095 (68’25”). 2006
Dat iedere jonge solist (m/v) zich ook in (over)bekend repertoire wil manifesteren, is duidelijk. Of daar weerstanden, angst voor grote schaduwen vóór zich moeten worden overwonnen, zeker als het bewijsmateriaal voor altijd fonografisch is vastgelegd en dus eventueel tegen ze kan worden gebruikt, kan een extra handicap zijn voor wat in andere beroepen minder problematisch is. Hoe bijzonder, hoe opvallend, hoe persoonlijk wil en kun je dan nog zijn? Dergelijke overwegingen schijnen voor Julia Fischer nauwelijks of geen overweging te zijn. Spontaan en gewapend met een bewonderenswaardige techniek, een haast feilloos stijlbesef en een al duidelijk aanwezige persoonlijkheid stort ze zich achtereenvolgens op vioolconcerten van Mozart, Glazoenov, Prokofjev en pianotrio’s van Mendelssohn. Steeds met verbluffend succes en eindigend in de voorste rangen.
Welkom dus – wanneer we ons even beperken tot haar vrouwelijke voorgangsters - voor haar in de geheel geëmancipeerde harem van vertolksters van het Tsjajkovskyconcert met, in alfabetische volgorde: Chang (EMI), Chung (Decca), Händel (Testament), Honda-Rosenberg (Arte Nova), Josefowicz (Philips) Midori (Sony), Milanova (Real Sound), Morini (Biddulph), Mullova (Philips), Mutter (DG), Suwanai (Warner), Vanessa-Mae (Triton) en Verhey (Laser).
In dit gezelschap gaven Chung, Mutter en Midori tot nu toe letterlijk de toon aan. Fischer voegt zich nu heel overtuigend bij hen. De intonatie laat niets te wensen over, de toon is helder en stralend maar bezit ook warmte, alle puntjes worden keurig op de i’s geplaatst, mooie details komen zo uit de verf, er is qua tempo wat ruimte voor expressieve en dramatische plooibaarheid binnen de delen met expressieve frasering, ieder zweem van sentimentaliteit is vermeden, blijken van virtuositeit en licht gesluierde poëzie zijn er in overvloed, maar zonder dat die bijzondere aandacht krijgen.
Geholpen wordt de soliste door een uitermate attente, volgzame, de orkestpartij mooi uitdiepende begeleider. Opvallend dat het Russisch nationaal orkest minder ‘echt Russisch’ met wat zurige hobo’s en saxofoonachtig vibratorijke hoorns klinkt dan vroegere ensembles. Een gevolg van orkestrale globalisering. Jammer?
Maar laten we de mannen in dit werk niet vergeten: Repin (Philips 473.343-2) en Vengerov (Warner 09027-46743-2) voorop. Ze houden nog net een streepje voor.
Het aantrekkelijke van deze cd is dat hij niet zoals gewoonlijk een ander vioolconcert bevat, maar de beide andere werken voor viool en orkest, even fraai uitgevoerd, en als een soort uitgebreide toegift van 16 minuten alle drie deeltjes van Souvenir dún lieu cher waarvan men er doorgaans maar eentje tegelijk te horen krijgt. Hier toont Kreizberg zich aan de piano ook een heel stimulerende begeleider. Al met al is dit een heel succesvolle uitgave, zeker de aandacht waard.