Tchaikovsky: Symfonieën nr. 1-6; Manfred symfonie op. 58; Capriccio italien in A op. 45. Oslo filharmonisch orkest o.l.v. Mariss Jansons. Chandos CHAN 10392 (6 cd’s, 5u. 18’41”). 1984/6
Tchaikovsky: Symfonieën nr. 1-6. Berlijns filharmonisch orkest o.l.v. Herbert von Karajan. DG 423.504-2 (4 cd’s, 4u. 24’02”). 1977/9
Tchaikovsky beschouwde de symfonie als een vorm waarin hij zijn diepste gedachten en gevoelens kon gieten. Vandaar dat zijn zeven voltooide symfonieën een emotionele voorstelling zijn van zijn hele leven. Dat gaat van de betrekkelijke rust van nr. 1 ‘Winterdromen’, via de ietwat balletmatige nr. 2 ‘Poolse’ tot de wanhoop van nr. 6, de ‘Pathétique’.
Ze zijn alle onthullend, maar niet alle even geweldig. Het eerste drietal zit vol met van de typische treffende Tchaikovsky melodieën en pakkende ritmen, maar ze bevatten ook slappe episodes die we in het laatste drietal niet meer tegenkomen.
De zevende symfonie, beter bekend als de Manfred symfonie, werd geïnspireerd door een dramatisch, episch gedicht van Byron; het werk bevat een aantal pakkende momenten, maar is verder wat vormeloos en de idée fixe wordt te zeer uitgeput.
Mariss Jansons overzicht van de complete symfonieën van Tchakovsky is en blijft een opmerkelijke prestatie. Een dirigent die is opgegroeid in de Russische traditie in Leningrad die met een niet tot de wereldtop behorend Noors orkest zo’n opgave tot een prachtig eind brengt, verdient alle bewondering. De volle romantische kracht van de symfonieën wordt hoorbaar en er wordt heel spontaan gemusiceerd. De dirigent brengt een zekere frisheid mee in al deze werken. In de eerste drie symfonieën klinkt een extra overtuiging door die ontbreekt in de meeste andere vastgelegde uitvoeringen en ook deze zijn ten minste gelijkwaardig aan de beste uit de hevige concurrentie. De Chandos opnamen klinken ook een tikje beter dan menige rivaal en ze zijn afzonderlijk leverbaar als resp. CHAN 8402 (nr.1), 8460 (2), 8463 (3), 8361 (4), 8351 (5), 8446 (6) en 8535 (Manfred).
Karajan is natuurlijk ook niet te versmaden. Het lukte DG om het zestal symfonieën op vier cd’s onder te brengen, wel met het nadeel dat nr. 2 en 5 over twee plaatjes zijn verdeeld. Maar de vertolkingen klinken volbloedig en in stijl.
Pletnev (DG 449.967-2) toont meer afstandelijkheid en verfijning, maar is in laatste instantie toch wat bleekjes.