Smirnov: Cello elegie op. 97a; Pianosonate nr. 4 op. 124 String of destiny; Vioolsonate nr. 3 Es ist…. Op. 109; Pianotrio op. 23; Cellosonate op. 25; Postludium voor viool op. 112. Ivan Sokolov (p), Patricia Kopatchinskaya (v), Alexander Ivashin (vc). Megadisc MDC 7818 (70’57”). 2001
An introduction to Dmitri Smirnov heet deze cd die is gewijd aan diverse kamermuziekwerken van de in 1948 in het Wit-Russische Minsk geboren componist die in Moskou bij Sidelnikov, Denisov en Khopolov studeerde.
Externe bijzaken maken sommige van zijn werken extra interessant. Zo komen aan de oorspronkelijke Cello elegie uit 1997 ter nagedachtenis aan Denisov ook drie kristalglazen te pas die aan het slot de noten E, D en S (Es) laten horen (die in de versie op. 97b ontbreken) en zit het emotionele werk redelijk vol met kwarttonen en pizzicati.
Het Pianotrio is een vroeg, onder invloed van Denisov geschreven werk uit 1977 en de Cellosonate uit 1978 heeft een experimenteel karakter.
Ook de Vioolsonate nr. 3 uit 1998 is een werk ter herinnering, in dit geval aan de atoomgeleerde Firsov. De titel Es ist… is ontleend aan het slotkoor uit Bachs Cantate nr. 60 O Ewigkeit, du Donnerwort.
Uit datzelfde jaar 1998 dateert het Postludium, een volgend herinneringsstuk, nu ter nagedachtenis aan Schnittke.
Al deze werken komen hier met karakter en toegewijd uitgevoerd voortreffelijk uit de verf.