Sculthorpe: Earth cry; Irkanda nr. 4; Small town; Kadadu; Mangrove. Donald Hazelwood (v) en Guy Henderson (h) ,et het Sydney symfonie orkest o.l.v. Stuart Challender. ABC 426.4,81-2, 8.77000-2 (56’20”). 1989

Toen Peter Sculthorpe nog als schooljongen eind jaren vijftig vorige eeuw Percy Grainger ontmoette in de botanische tuinen van Melbourne, vertelde hij dat hij graag ook componist wilde worden. Grainger zei dat als hij een echte Australische componist wilde worden, hij in het noorden en verder richting eilanden moest zoeken.

Dertig jaar later had Sculthorpe in zijn baanbrekende serie Sun-Music met vier orkestrale pronkstukken dat advies opgevolgd en ook de traditionele muziek van Indonesië en Zuidoost-Azië als model gebruikt.

Toen Earth Cry in 1986 verscheen, was Sculthorpe niet alleen de succesvolste Australische componist, maar was zijn muziek ook kenmerkend ‘Australisch’ met didgeridoo-achtig gezoem door de bas en met glissandi van de strijkers die klinken als zwermen wilde vogels boven de noordelijke drassige gebieden.

De nationalistische opzet van de hier bijeengebrachte werken is expliciet en houdt zich verre van de Europese esthetica door het thematisch gebruik van bijvoorbeeld voetstappen in Earth Cry. Dat is afkomstig van het Arrente volk in centraal Australië.

De hartstochtelijke vertolkingen doe deze muziek alle recht. In Irkanda levert violist Donald Hazelwood een mooie bijdrage, in Small Town gebeurt dat door hoboïst Guy Henderson.