Stravinsky: Suite italienne; ‘Ballade’ uit Le baiser de la fée; ‘Danse russe’ uit Petroesjka; ‘Chanson russe’ uit Mavra; Pastorale; Divertimento Le baiser de la fée; Duo concertant; Tango (bew.); Elegie; Prélude et ronde des princesses; ‘Scherzo’ uit De vuurvogel; Le Marseillaise; ‘Airs du rossignol’ en ‘Marche’ uit Le chant du rossignol. Isabelle van Keulen en Olli Mustonen. Philips 420.953-2, Newton 880206-2 (2 cd’s, 1u.36’28”). 1988
Vooropgesteld: naarmate de voorraad verkoopbare Philips cd’s slinkt, is het nuttig dat andere Universal labels (Decca, DG) en bijvoorbeeld Newton over deze boedel ontfermen. Deze Stravinsky dubbel cd is zo’n juweeltje, dat gelukkig toegankelijk blijft.
Stravinsky moest worden aangemoedigd om de hier opgenomen originele stukken en bewerkingen zelf te maken. Zo zorgde hij in de jaren twintig vorige eeuw voor een aantal arrangementen voor viool en piano voor Paul Kochanski en in 1931 voor de Amerikaanse violist Samuel Dushkin. Het Duo concertant diende als inspirerend uitgangspunt en werd gevolgd door nieuwere versies van de Suite italienne en de Berceuse uit De Vuurvogel.
Al met al ontstond een volledig programma waarmee Dushkin en Stravinsky in 1932/3 en 1933/4 Europese tournees maakten. De minder belangrijke Pastorale uit De Vuurvogel wordt mooi gecompenseerd door de felle Danse russe uit Petroesjka en de dito Chanson russe uit Mavra.
De Elegie is oorspronkelijk voor altviool en Mustonen droeg zelf arrabgementen van de Tango uit 1940 en een vrij letterlijk genomen Marseillaise bij.
Zowel van Keulen als Mustonen staan in technisch en expressief opzicht ver boven de eisen van het zeer diverse materiaal en dragen een onmiskenbaar gevoel van musiceervreugde, soms gelardeerd met parodie op de luisteraar over. Flair genoeg en op een misschien voor de piano te voordelige balans slaagde ook de opname heel goed.
Alternatieve, beperktere opnamen van Lin en Schub (CBS MK 42101) en Perlman en Canino (EMI 749.322-2) zijn zeker niet beter.