CD Recensies

SCHUMANN: LIEDERKREIS OP. 39; FRAUENLIEBE UND LEBEN, RÖSCHMANN

Schumann: Liederkreis op. 39 nr. 1-12; Frauenliebe und Leben op. 42; Berg: Frühe Lieder nr. 1-7. Dorothea Röschmann (s) en Mitsukto Uchida (p). Decca 478.8439 (68’41”). 2015

 

Het grote voordeel van betreffende opname is dat deze tot stand kwam nadat beide dames enige jaren met dit programma her en der ter wereld waren opgetreden zodat de aanpak duidelijk voor het begin een stevige vorm had gekregen. 

De uitkomst is best indrukwekkend met zo’n tweetal kunstenaars. Toch zal niet iedereen daar van a tot z helemaal gelukkig mee zijn. Röschmann heeft een vrij grote, redelijk fluwelige sopraanstem en Uchida moet misschien extra inspanning leveren om de totaalklank in balans te houden. Geschakeerde inkleuring komt van beide kanten, maar de nuancering is niet steeds ideaal.

Vergelijk de vertolking van Schumanns Eichendorff Liederkreis met die van Soile Isokoski (Finlandia 0630-10924-2 met hetzelfde Schumannprogramma), Elly Ameling (Philips 462.066-2) en Jessye Norman (Philips 420.784-2), Felicity Lott (Carlton 30367-0202-2), Edith Mathis (Denon CO 78947) en Maja Schermerhorn (Vista VRS 1736) om een gefundeerd eigen oordeel te vellen. Voor Frauenliebe und Leben kan dezelfde procedure worden gevolgd in vergelijkingen met Juliane Banse (Hyperion CDJ 33103), Elly Ameling (Philips 473.451-2), Barbara Bonney (Decca 452.898-2) en opnieuw Jessye Norman (Philips 420.784-2) Arleen Auger (Berlin Classics BC 2186-2).

Het is goed om de zeven Vroege liederen van Berg hier te horen met de in 1905 oorspronkelijk bedoelde pianobegeleiding, maar de latere versie uit 1928 met orkest klinkt gewoon rijker. Vergelijk de opnamen van Von Otter (DG 437.515-2), Diana Damrau (Orfeo C 702061 B).

Dat alles als huiswerkopgave voor iemand die precies zijn of haar eigen voorkeur wil bepalen. Kan best zijn, dat Röschmann er minder dubieus uit naar voren komt.