CD Recensies

SCRIABIN: PIANOSONATES NR. 4, 9; PRÉLUDES E.A. BASILOVA

Scriabin A.: Picturing Scriabin. Mazurka in e op. 25/3 Poème op. 32/1;   Préludes in a op. 11/2, in fis op. 11/8, in E op.11/9, in B op. 11/11, in As op. 11/17, in bes op. 37/1; 2 Stukken op. 57 (Désir, Caresse dansée); Pianosonates nr. 4 in fis op. 30 en 9 in F op. 68; Scriabin, J.: Préludes op. 3/1 en 3/2; Prélude (1919); Monk: Ask me now (bew. Rofalski). Helena Basilova.     Quintone Q 15003 (54’16”). 2014

 

Niet alleen met de omgeving waarin Scriabin in Moskou leefde is de in Nederland wonende Russische pianiste vertrouwd, ook met diens werk. Hier herdenkt ze met een aardig uitgekiend programma de honderdste sterfdag van de componist. Vooral met de ongebreidelde verbeeldingskracht en de onderhuidse sensualiteit van het pianomateriaal toont de pianiste grote affiniteit.  

Heel aardig is dat Basilova wat ruimte vrij maakt voor Julian, een van Scriabins zeven kinderen. In een blinddoektest kan het drietal préludes van hem nauwelijks van die van zijn vader worden onderscheiden. 

Als eerste indruk lijkt het wat vreemd dat tot besluit Thelonious Monk erbij wordt gesleept. Maar dankzij bewerker Roman Rofalski blijkt sprake van enige, vooral harmonische en mystieke overeenkomsten.

Basilova werkt het hele programma nogal intuïtief en subjectief af en veroorlooft zich wat vrijheden die eerder naar under- dan naar overstatement neigen. De Prélude op. 67/1 slaagde relatief het minst, de vierde pianosonate het best. Wie de samenstelling van dit programma behaagt, kan onder enig voorbehoud zijn gang gaan, maar in het algemeen is het logisch en beter om voor de eenheid van sonates en preludes te kiezen, dus bijvoorbeeld Piers Lane voor de Préludes (Hyperion CDA 67957/8) voor de préludes en Hamelin (Hyperion CDA 67131/2 voor de sonates.