CD Recensies

SHOSTAKOVITCH: VIOOLSONATE; ALTVIOOLSONATE, VAN KEULEN

Shostakovitch: Vioolsonate op. 134; Altvioolsonate op. 147. Isabelle van Keulen en Ronald Brautigam. Challenge CC 72071, Fidelio 9203 (55’46”). 1992

 

Het verhaal gaat dat Shostakovitch zijn tweede vioolconcert (1967) had bedoeld voor de zestigste verjaardag 30 september 1968 van David Oistrakh, maar zich in de datum daarvan had vergist. Om het goed te maken begon hij dus in 1968 na voltooiing van het twaalfde strijkkwartet op. 133 meteen aan een vioolsonate waarvan hij het manuscript te laat inleverde. 

Hoewel het werk niets van diens legendarische warmte bezit, was Oistrakhs persoonlijkheid vast van invloed op de enorme ernst van het vrij stugge, onverbiddelijke karakter van deze sonate. 

Sommige denken dat dat de achtervolgende, begeleidende unisono’s van de piano aan het begin van het eerste deel en het aarzelende antwoord van de viool een verwijzing is naar Prokofievs eerste vioolsonate uit de oorlog, waarmee Oistrakh sterk wordt geassocieerd. Aannemelijker is echter de gedachte dat het grauwe nihilisme en gebrek aan daadkracht zijn gerelateerd aan Shostakovitchs obsessie met sterflijkheid die vaak terugkeert in zijn late muziek. Het werk zit vol met privé toespelingen en gecodeerde berichten en is geschreven in een heel karige, nogal onsamenhangende stijl van meditatie tot twaalftoons chromatiek met daartussen ironische uitvallen en een reeks stratosferische variaties, net als bij Bach – en inderdaad – in de finale wordt de passacaglia structuur herhaald, die al zo effectief was in het eerste vioolconcert.

Zoals toen zijn gewoonte was, gebruikte de componist dus twaalftoonreeksen als thematisch materiaal in een brede tonate context. Oistrakh voerde de sonate met Sviatoslav Richter in 1969 ook op cd uit (Melodiya 74321-34182-2, Chant du monde LDC 2781018/9) en met Shostakovitch zelf (Russian Revelation RV 70008). Een andere mooie Russische opname is van Oleg Kagan en Sviatoslav Richter (Mezhdunarodnata Kniga MK 418014) uit 1985.

Nadien verschenen uiteraard heel wat meer opnamen van deze sonate. Mooie herinneringen worden bewaard aan die van Mordkovitch en Benson (Chandos CHAN 9988), Sergei en Lusini Katchatryan (Naïve V 5122), nog mooiere aan die van Isabelle Faust en Alexander Melnikov (Harmonia Mundi HMC 90.2104) en deze van Isabelle van Keulen en Ronald Brautigam. 

De passend robuuste toon van de violiste is bewust donker gehouden en ze zorgt voor een scherpzinnige, helder doordachte en gerealiseerde, zuiver geïntoneerde interpretatie.

Maar echt bijzonder is dat ze met Brautigam als congruente partner even bedreven de altvioolsonate tot leven wekt. Er zullen nauwelijks andere violisten zijn die dat ook kunnen volbrengen op dit niveau.

Leg ook de opnamen van echte altviolisten als Yuri Bashmet met Sviatoslav Richter (Kniga MK 418015, Melodiya MEL CD 10.02020), Nobuko Imai en Roland Pöntinen (BIS CD 358), Tabea Zimmermann en Helmut Höll (EMI 754.394-2) en Kim Kashkashian en Robert Levin (ECM 847.538-2) er maar eens naast om dat aan te tonen.

Het is misschien nuttig om nog even te wijzen op de bewerkingen die Pushkarev van dit tweetal sonates maakte en die door Gidon Kremer (v), Yuri Bashmet (va), Andrey Pushkarev (slagw) met Kremerata Baltica zijn opgenomen (DG 477.6196).