Saint-Saëns: Cellosonates nr. 1 in c op. 32 en 2 in F op. 123; ‘De zwaan’ uit Le carnaval des animaux (origineel en bew. Godowski). Mats Lidström en Bengt Forsberg. Hyperion CDA 67095, CDH 55432 (63’46”). 1999
We kennen Saint-Saëns vooral als de componist van een prachtige Symfonie nr. 3, een briljant eerste Vioolconcert, een even briljant tweede pianoncert, andere virtuoze stukken voor viool en orkest (Introduction et rondo capriccioso, Havanaise), een handvol symfonische gedichten met de Danse macabre als bekendste en de ‘Grote zoölogische fantasie’ Carnaval des animaux.
Mar die vormen slechts een klein deel van zijn enorme repertoire. De kamermuziek daaruit komt eigenlijk tekort.
Zo is Cellosonate nr. 1 uit 1872 een groots en gepassioneerd werk. Lidström en Forsberg werpen zich energiek in deze maalstroom en genieten hoorbaar van elk moment. De intensiteit en de emoties daarvan doen weldadig aan.
De tweede sonate ontstond pas dertig jaar later. Hert is een groot opgezet vierdelig werk met een lyrischer, introspectiever aard. Het felle eerste deel bevat even een oase van rust. Als scherzo bestaat het tweede deel uit een reeks mooie variaties; hert eindigt met het ademloze, spookachtige thema. Het langzame deel kan worden opgevat als een liefdeslied en de finale zorgt voor een stevige eindspurt.
Tussen de sonates klinkt een mooi ingehouden, volkomen onsentimentele ‘Zwaan’ uit het Dierencarnaval en aan het eind van het recital keert die terug als showstuk in de bewerking van pianovirtuoos Leopold Godowsky.