CD Recensies

STRAUSS, R.: METAMORFOSEN; SERENADE; SONATINE

Strauss, R.: Metamorphosen TrV. 290; Serenade voor 13 blazers in Es op. 7; Sonatine voor 16 blazers nr. 2 in Es AV. 143 Fröhliche Werkstatt. Aldeburgh strings o.l.v. Markus Däunert, Aldeburgh winds o.l.v. Nicholas Daniel. Linn CKD 538 (78’04”). 2015 

 

In de loop van W.O. II werden zowel het gebouw van de Dresdense Opera en als dat van de Weense Staatsopera, zal waarmee Richard Strauss zich wat zijn operara’s betreft nauw verbonden mee voelde, door beschietingen en bombardementen verwoest.

Voor deze componist die in Nazi Duitsland was gebleven, maar die het systeem verachtte, wat dit de druppel in de systematische vernietiging van de door hem aanbeden cultuur die hem tot een artistieke reactie bracht.

Dat gebeurde in de vorm van een studie voor drieëntwintig soloviolen met de titel Metamorphosen. De titel slaat op een term van Goethe ter omschrijving van zijn veranderende denkpatronen. Een laat gedicht van Goethe werd gevonden tussen de partituur schetsen.

Toen de 85-jarige Strauss in april 1945 zijn Metamorphosen bijna had voltooid, realiseerde hij zich dat een van zijn weelderige thema’s veel leek op de begrafenismars uit Beethovens Eroica. Duc citeerde hij het duidelijk in de contrabassen aan het slot met de woorden ‘In memoriam’ eronder.

Ondanks de sombere toon van het werk, is er niet alleen sprake van rouw en smart, maar reikt in het middengedeelte een liefdevolle omarming van dingen uit het verleden tot magische hoogte, om daarna aan de kant te worden geveegd door een krachtige herhaling van de plechtstatige akkoorden waarmee het werk begon.

Het voortdurende aanzwellen en weer wegebben van de volle strijkersklank in volle akkoorden door ruim twintig solistische strijkers heeft een goede leider nodig om te voorkomen dat de luisteraar er mentaal zeeziek van wordt. Zo iemand was Karajan (DG410.892-2) die in de Vergelijkende Discografie als beste naar voren kwam.

Dat het werk ook op andere wijze gespeeld heel mooi kan klinken, namelijk leniger, lichter zonder het elegische karakter in de waagschaal te stellen. tonen de jonge musici van de Aldeburgh Strings onder leiding van de concertmeester van het Mahler kamerorkest, Markus Däunert aan. Iedere volgende geluidsgolf wordt doelgericht en een nieuwe richting gestuurd. Het resultaat klinkt prachtig.

Met de Serenade voor 13 blazers wordt gezorgd voor een groot contrast. Het jeugdwerk – Strauss was 17 - uit 1882 zit vol Mozartiaanse jovialiteit en toont iets van de grote componist in wording. Hoboïst Nicholas Daniel treft met de Aldeburgh Winds precies ge gevraagde lichte toets.

Aan de bezetting van de Serenade worden de Sonatine (Symfonie) voor blazers, weer een laat werk uit 1946, een derde klarinet, bassethoorn en basklarinet toegevoegd. Het is een van de fijnste werken voor blazersensemble en ook hier treffen Daniel en zijn collega’s raak de Fröhliche Werkstatt sfeer. Zowel groepsgewijs als individueel zijn hier uitstekende musici aan het woord. Iedere frase wordt met zorg vormgegeven en geïntegreerd in een sonoor geheel. Vergelijk maar met de opname van alle werken voor blazers door de Royal academy of music (RAM 034) of die van Villa Musica (MDG MDG 304-1173) of London Winds (Hyperion CDD 2015).