Schumann: Celloconcert in a op. 19; Saint-Saëns: Celloconcert nr. 1 in a op. 33; Tchaikovsky: Rococovariaties op. 33. António Meneses net Northern sinfonia o.l.v. Claudio Cruz. Avie AV 2373 (60’29”). 2017
Voor jonge cellisten behoort het Celloconcert nr. 1 uit 1872 van Saint-Saëns tot een van de eerste weken die ze onder de knie moeten krijgen. Het direct aanprekende werk is een mooie uiting van het gevoelsleven van tieners en een op en top romantisch werk dat ondanks wat technische hoogstandjes goed speelbaar is.
Het werk werd geschreven in een tijd waarin de productieve Saint-Saëns samen met Gounod erkenning begon te krijgen als toonaangevend Frans componist. De première in het Parijs’ conservatorium, waar normaal gesproken alleen de werken van sinds jaar en dag overleden componisten werden gespeeld, was een indicatie van Saint-Saëns’ status in de Franse muziekwereld. Het werk was een direct succes en werd een favoriet van Casals.
Slechts weinig andere concerten tonen duidelijker het zingende en grommende karakter van de cello en het werk met drie zonder onderbreking in elkaar overgaande delen is daarom best geliefd. Tussen de beide dynamische hoekdelen vinden we een ouderwets menuet vol gratie en eenvoud.
De partituur is het werk van een vakman die op basis van een enkele, wilde aflopende toonladder van de solist een heel concert opbouwt en met een soms haast duizelingwekkende orkestratie aankleedt. In de woorden van de componist: ’Voor mij is kunst vooral vorm. Expressie en passie verleiden slechts de ongeoefende luisteraar’.
Dit jaar 2017 viert de Braziliaanse, in Frankrijk geboren Janigro student Meneses niet alleen zijn zestigste verjaardag, maar ook het feit dat hij vijfendertig jaar geleden in Moskou het Tchaikovsky concours won. Opvallend dat hij dit drietal werken niet eerder opnam. Hij debuteerde destijds in 1982 op cd met Karajan en Mutter in het Dubbelconcert van Brahms (DG 410.603-2), in 1985 gevolgd door Strauss’ Don Quichote (DG 419.599-2).
Op deze voor hem waarschijnlijk geenszins nieuwe, onvertrouwde werken uit het concertante cellorepertoire heeft het wachten op deze cd geloond. Menses speelt namelijk heel beheerst en weet de inherente schoonheid van deze werken heel natuurlijk en zelfs met een zekere elegantie over te dragen. Zij Latijnse achtergrond maakt het als cellist bijna een bel canto zanger tot in de meest ruwe passages.
Voeg daarbij dat de combinatie van een Frans, Duits en Russisch werk goed gevonden is en dat de Engelse begeleiding onder leiding van een ook Braziliaanse dirigent vurig, lenig en helder is en we kunnen van een succes spreken.
Vergelijkingen? Probeer Rostropovich (Warner 7243-567.594-2) en Isserlis (RCA 09026-61678-2) voor Saint-Saëns, Starker (RCA 09026-68027-2 voor Schumann en Isserlis (Warmer 7243-561.490-2) of Wallfisch (Chandos CHAN 8347) voor Tchaikovsky.