Shostakovitch: Ovod (de horzel). Volledige oorspronkelijke partituur voor de film uit 1955. De horzel op. 97; ‘Confession’, ‘Ave Maria’ uit De horzel; ‘Presto attacca’, ‘Andante’ en ‘Het tegenplanlied’ uit Het tegenplan op. 33. Bachkoor Mainz en Staatsfilharmonie Rheinland-Pfalz o.l.v. Mark Fitz-Gerald c.q. Elke Voelker (org). Naxos 8.573747 (61[46”).
De horzel speelt in het midden negentiende eeuwse Italië dat moeizaam naar eenheid streeft tijdens de vooral tegen Oostenrijk gerichte Risorgimento en is een typisch revolutionair onderwerp dat de Sovjetwereld aansprak.
Shostakovitch baseerde De horzel in 1955 als filmmuziek bij de gelijknamige rolprent over een novelle van de Ierse schrijfster Ethel Lilian Voynich uit 1897 die gaat over de jonge Arthur Burton als opstandig lid van de jeugdbeweging en zijn tegenstander padre Montanelli en de daaruit volgende tragische verwikkelingen tussen Arthur en zijn geliefde Gemma in een geschiedenis vol geloof, desillusie, revolutie, romance en heldendom. In 1898 schreef Shaw hier zijn The gadfly or the son of the cardinal over.
Afgezien van de Romance (door Janine Jansen gespeeld op Decca 475.011-2 is dit werk eigenlijk alleen bekend in de vorm van een twaalfdelige suite, bijvoorbeeld met het BBC filharmonisch orkest o.l.v. Vassily Sinaisky (Chandos CHAN 10183).
Hier is voor het eerst het hele, 29 delen tellende werk vastgelegd, aangevuld met 2 orgeldelen en een paar fragmenten uit filmmuziek bij Het tegenplan uit 1932. Die drie delen waren ook vertegenwoordig in het album met filmmuziek van Chailly (Decca 460.792-2), maar daar zat dan weer geen noot van De horzel in.
Het was een goed initiatief van Naxos om nu eens de volledige Horzel muziek vast te leggen en dat gebeurt hier gelukkig op een heel adequate manier.