CD Recensies

SHOSTAKOVITCH: PIANOTRIO NR. 2, ENSEMBL'ARENSKI

Smetana: Pianotrio in g op. 15; Shostakovitch: Pianotrio nr. 2 in e op. 67. Ensembl’Arenski. Et’cetera KTC 1606 (53’58”). 2017

 

‘Ik dank mijn hele ontwikkeling aan hem. Het zal onvoorstelbaar moeilijk worden om zonder hem te leven’. Dat schreef Shostakovitch in februari 1944 nadat hij had gehoord van de onverwachte dood van zijn goede vriend Ivan Sollertinsky. Hij werkte toen aan zijn tweede Pianotrio en besloot om dat op te dragen aan Sollertinsky nagedachtenis. Hij volgde daarmee een zestig jaar ouder voorbeeld van Tchaikovky die zijn Pianotrio opdroeg aan de kort tevoren overleden Nicolai Rubinstein.

De rouwende en radeloze toon wordt aan het beginnva het werk aangekondigd door de zwevende cellomelodieën die worden geëvenaard door een afstompend sombere melodie van de viool.

Een sardonisch, wreed scherzo wordt opgevolgd door een langzame passacaglia, geplaatst rondom een sequens van acht verstikte piano akkoorden. Deze fungeren als voorspel van het laatste en langste deel dat opvalt door het gebruik van Joodse klezmermuziek, een weergave van het afgrijzen van de componist over de gruweldaden die tegen Joden werden gepleegd in de Sovjet concentratiekampen. 

Het Weens Pianotrio dat voor een der mooiste opnamen van dit trio zorgde en het logisch koppelde met het Pianotrio nr. 1 (Nimbus NI 5572) was tijdenlang favoriet. Maar ook het in 2012 geformeerde Belgische Ensembl’ Arenski zorgt met onmiddellijke gevoeligheid op de sfeerverschuivingen binnen het Pianotrio nr. 2; soms zijn deze misleidend naïef, maar vaak overheersend en dreigend.

De Belgische dames begonnen onder de naam Arensky trio, maar aangezien onder die naam al een groepje bestaat, werd de naam aangepast Het gaat om Claire Dassesse (v), Aurore Dassesse (vc) en Stephanie Proot (p). Zij tonen zich vooral behendig in in het opzoeken en volgen van het verhaal in de uitgebreide finale, waarbij ze hun hartstochtelijke spel bewaren voor de terugkeer van het beginmateriaal net voordat het in de coda in uiterste uitzichtloosheid wegzakt.

Dat Shostakovitch hier is gecombineerd met het ook als catharsis na de dood van zijn vierjarige dochter geschreven Pianotrio van Smetana heeft zeker zin. Het is een krachtig, emotioneel werk dat vooral viool en cello veel expressieve mogelijkheden biedt. Daarvan wordt hier goed gebruik gemaakt. Vergelijk bijvoorbeeld maar met het Borodin trio (Chandos CHAN 8445) en het Smetana trio (Supraphon SU 3810).