Schubert: Nacht und Träume. ‘Ständchen’ uit Schwanengesang D. 957/4 (bew. Mottl), An Sylvia D. 891 (bew. Krawczyk), Die Forelle D. 550 (bew. Britten), Ganymed D. 544 (bew. R.Strauss), Im Abrendrot (bew. Reger), Nacht und Träume D. 827 (bew. Krawczyk, Die junge Nonne D. 828 (bew. Liszt), Gruppe aus dem Tartarus D. 583 (bew. Brahms), Rosamunde D. 797, Der Gondelfahrer D 809 (bew. Krawczyk), Coronach D. 836 (bew.Krawczyk), Erlkönig D. 328 (bew. Berlioz), Das Grab D. 377 (bew. Krawczyk), Du bist die Ruh D. 776 (bew. Webern) . Wiebke Lehmkuhl (ms) c.q. Stanislas de Barbeyrac (t) met het Insula orkest en het Accentus koor o.l.v. Laurence Equilbrey. Erato 902957-6943-2 (50’ 28”). 2017
Laurence Equilbey laat sinds 1997 met Accentus en diverse zangers en instrumentale ensembles de ene na de andere fijne cd verschijnen. Tot zijn beste opnamen behoren koorwerken van Mendelssohn (Naïve V 5256), de Duitse motetten van R. Strauss (Naïve V 5194), het Requiem van Fauré (Naïve V 5137), de Chrystostomus liturgie van Rachmaninov (Naïve V 5239) en de Krönungsmesse van Mozart (Erato 2958-72533-2).
Nadat hij zich in 2006 terloops al aan Schubert had gewaagd met de Litanei auf das Fest Allerseelen, het Grablied (n.a.v. het Tod und das Mädchen kwartet), ‘Der Wegweiser’ uit Winterreise en Nacht und Träume, besteedt hij nu een hele cd aan georkestreerde orkestliederen van deze componist.
Het zijn niet zozeer de orkestraties van oudere componisten die daarbij positief opvallen (Reger is nogal gezwollen), maar gelukkig die van de jonge Fransman Franck Krawczyk (1969) die voor stijlvolle, geheel passende invullingen zorgde.
Gelukkig zijn beide zangers goed tegen hun taak opgewassen en kunne ze de begeleidingen goed verdragen en zelfs als extra steun benutten.
Opvallend goed is de onbekende, bepaald gevoelige en plooibare tenor Stanislas de Barbeyrac die met name uitblinkt in Erlkönig. Hij maakt daar bijna een operascène van.
In luide passage krijgt de stem van Wiebke Lehmkuhl een enigszins metalen glans, maar ook haar interpretaties zijn mooi. Het koor verricht waar nodig zijn taak naar behoren en het Insula orkest klinkt attent en warmbloedig met gelukkig ‘oude negentiende eeuwse instrumenten’.
Dit is een waardevolle aanvulling op de cd met georkestreerde liederen van Schubert door Claudio Abbado met Von Otter en Quasthoff (DG 471.586-2) uit 2002.