Stradella: Santa Editta, vergine e monaca, regina d’Inghilterra. Verónica Cangemi (s., Santa Editta), Francesca Aspromonte (s., Nobilità), Claudia di Carlo (s., Umità), Gabriella Martellacci (a., Grandezza), Fernando Guimaräes (t., Bellezza) en Sergio Foresti (bs., Senso) met het Ensemble Mare Nostrum o.l.v. Andrea de Carlo. Arcana A 396 (56’38”). 2015
Om de inhoud van dit oratorium - het derde deel dat in de Stradellareeks van Arcana verschijnt na San Giovanni Cristosomo (Arcana A 389) en La forza delle stelle ovvro Il Damone (Arcana A 377) - is het goed om even de Engelse geschiedenis erbij te halen. Sint Edith, maagd, non en koningin van Engeland was Edith van Wilton (ca. 963 - ca. 985) en de dochter van koning Edgar de Vreedzame (ca. 943 - 975).
Edith en haar moeder trokken zich terug in een klooster en nadat haar vader en haar halfbroer waren gestorven, werd zij de troonopvolgster, maar ze bleef liever in he klooster, overleed daar al op dertigjarige leeftijd en werd daarna al snel als heilige vereerd.
Stradella gebruikte de tekst van Lelio Orsini, die hem al had bediend met het gegeven van San Giovanni Cristosomo. Het werk telt 43 deeltjes en werd in opdracht geschreven en werd voor het eerst tijdens de bruiloft van Maria Beatrice d’Este en James Stuart, de prins van York uitgevoerd.
De inhoud heet geen erg dramatisch karakter, eerder is het een moraliteit. Niet het kwaad wordt als boosdoener beschouwd. Allegorische figuren als Noblesse, Nederigheid, Grandeur en Schoonheid trachten Edita ervan te overtuigen dat ze de troon moet bestijgen in strijd met de historische werkelijkheid met als motto: wie naar hemelse vreugde streeft, moet eerst lijden.
Dat alle gebeurt in korte aria’s die nauwelijks da capo’s hebben. De begeleiding is sober gehouden met af en toe een solo voor de viola da gamba. Wel is het leuk om af en toe een harp te horen.
Voor de uitvoering past grote waardering. Het is een puur genoegen om Verónica Cangemi als Edita te horen, niet alleen in haar aria’s, maar ook in de duetten en trio’s. Onder de andere solisten valt vooral de jonge Francesca Aspromonte positief op met haar sprankelende stem. Alleen al hun samen gezongen ‘Bella luce’ duet is een hoogtepunt. Claudia di Carlo straalt nederigheid uit, Gabriella Martellacci de enige alt in het gezelschap waardigheid. Niet alleen de dames zijn alle goed, ook de beide heren zorgen voor een mooie inbreng. Een heel geslaagde cd première.