Scarlatti, D.: Orgelsonates in G K. 284, L. 90, in G K. 283, L. 318, in e K. 263, L. 321, in C K. 513, L. 53, in F K. 276, L. 520, in f K. 183 , L. 473, in c K. 58, L. 158, in f K. 69, L. 382, in F K. 82, L. 30, in d K. 92, L. 362, in d K, 294, L. 67, in g K. 93, L. 336, in G K. 328, L. 527, inD K. 287, L. 59, in D K. 288, L. 57, in D K. 281, L. 56, in b K. 87, L. 33, inD K. 415, L. 511, in d K. 417, L. 462. Nicola Reniero. Brilliant Classics 95817 (73’13”). 2016

Het is even wennen om negentien Klavecimbelsonates van Domenico Scarlaat op het orgel van het door de broers Serassi in 1837 gebouwde en nin Marco Fratti in 2014 deels herbouwde twee manualige barokorgel van de Duomo di Desenzanzo in Garda te horen spelen. We weten dat de componist maar drie van zijn 555 sonates expliciet voor orgel schreef. Maar helder geregistreerd en met een met rust gelaten pedaal en vermijding van echo-effecten kunnen de werken ook best mooi klinken op een orgel. Ze krijgen daarbij heel wat meer kleur op de wangen en de baskant wordt prominenter. De pastorale sonates varen wel bij gebruik van het flautato register.

Reniero speelt ook klavecimbel dus hij weet behoorlijk wat hij moet doen en laten.