Suk: Pianokwintet in g op. 8; Leven en droom (Zivotem a snem) op. 30. Kiveli Dörken (p), Christian Tetzlaff (v), Florian Donderer (v), Timothy Ridout (va) en Tanja Tetzlaff (vc). Ars Produktion ARS 38.298 (68’11). 2019
Waar Josef Suk (1874 - 1935) in zijn Pianokwartet op. 1 nog geheel in de ban is van zijn schoonvader Dvorak, ontwikkelt hij in zijn enige tijd later geschreven Pianokwintet een al andere, meer eigen toon. Nogal opvallend droeg hij het werk ook niet op aan Dvorak, maar aan Brahms, met wie hij blijkbaar meer verwantschap voelde. In het eerste deel zijn mooie discussies tussen viool en altviool te horen, het tweede deel wint hier veel bij een grote urgentie waardoor het een krachtig profiel krijgt; het scherzo klinkt ook pittig en elders wordt de aanduiding con fuoco ook serieus genomen. Het eindresultaat is minstens zo treffend als bij het Nash ensemble (Hyperion CDA 67448, CDH 55416) uit 2003.
Van de tien heel persoonlijke pianostukken uit Leven en droom waarin naast leven en dood ook nationalistische tendensen, de natuur en de volksmuziek een rol spelen verzorgt Kiveli Dörken aanvullend nog voor heel fijne uitvoeringen waarin ze het karakter net zo goed aanvoelt als haar Tsjechische collega Pavel Stephán (Supraphon SU41-2111).