Schubert: Rariteiten en korte pianowerken. Scherzi nr. 1 en d D. 593; Fantasieën in c D. 2e en C D. 605 (fragment); Fragment Pianosonate in E D. 154; Marsen in E D. 606, in b D. 757a; Schetsen van Pianostukken in C D. 916b en c D. 916c; Fuga’s in d D. 13, in C D. 24a, in G D. 24b, in d D. 24c, in C D. 24d (fragment) en F D. 25c (fragment); Fugatische schetsen in Bes D. 37a (ged.), Fuga’s in e D. 41a en e D. 71b (fragm); Ouverture Alfonso und Estrella op. 69. D. 759a. Wojciech Waleczek. Naxos 8.574135 (69’02”). 2020
In het piano-oeuvre van Schubert bevindt zich - net als bij Haydn, Mozart en Beethoven het geval is - heel wat kruimelwerk dat zelden aandacht krijgt. De Poolse pianist Wojciech Waleczek veegde Schuberts rariteiten en korte pianostukken op en stelde daaruit een mooi recital samen.
Tot de meestal over het hoofd geziene werken behoren niet alleen de composities die hij tijdens zijn studietijd bij Salieri rond 1815 maakte op het gebied van contrapuntische technieken (de fuga’s en fuga exposities), maar ook de beide Fantasieën uit 1811 en 1823 die hij uit bewondering voor Mozart schreef, met name nr. 1. Het Allegro in E uit 1815 was zijn allereerste, onvoltooide aanzet tot een Pianosonate
De beide Scherzi uit 1817 zijn al meer voldragen terwijl de Stukken D. 916 late werken uit 1827 zijn. De opera Alfonso und Estrella D. 732 is uit 1822, de pianoreductie D. 759a eveneens, later maakte hij er nog het Pianoduo D. 773 van.
Waleczek die ons al gelukkig maakte met zijn opname van Pianowerken van Liszt weet goed hoe hij deze qua sfeer en karakter nogal wisselende stukken ieder een eigen gezicht moet geven en ze aantrekkelijk te maken.