Szymanowski: Symfonie nr. 3 op. 27 Lied van de nacht; Symfonie nr. 4 op. 60 Concertante symfonie; Concertouverture op. 12. Pools Staats filharmonisch orkest Katowice o.l.v. Karol Stryja. Naxos 8.553684 (63’38”). 1989
De derde symfonie van Szymanowski is een extatische verklanking van exotisch Perzisch gedicht voor tenor, koor en groot orkest en met Stryja als dirigent en Ochman als solist krijgt het haast een nog krachtiger uitstraling omdat het werk wordt vervuld van een haast bedwelmende obsessieve intensiteit, waarbij het woordloos zingende koor aanzienlijk bijdraagt aan het sensuele klankweefsel; de epiloog met een uitstekende bijdrage van de tenor is berustend van aard.
De op veel latere leeftijd ontstane tweedelige vierde (concertante) symfonie verraadt invloeden van de Poolse volksmuziek uit de bergen en toont hierdoor enige verwantschap met Harnasie getuige het mooie beginthema, dat ook in het tweede deel nog eens opduikt te midden van allerlei andere schoonheden. Het laatste deel zou haast een supplement op Harnasie kunnen zijn maar het voortdurende gebruik van blazers- en strijkerssoli klinkt nu meer als een verfijning van de boerenfiedel en trompet uit het ballet.
De Concert ouverture is dan met zijn bijna een kwartier speelduur meer dan een korte toegift. Pianist Tadeusz Zmudzinski vult hier de pianopartij uitstekend in. Opnametechnisch komt de derde symfonie er het beste van af, maar ook de rest van het programma klinkt behoorlijk. Een fraai en aantrekkelijk goedkoop alternatief voor de gespreid verschenen opnamen van Rattle (EMI).