Schönberg: Die Jakobsleiter; Friede auf Erden op. 13. Dietrich Henschel (bariton, Gabriel), Salomé Kammer (sopraan), Heidi Meier (sopraan), Jonas Kaufmann (tenor), Stephan Rügamer (tenor), Kurt Azesberger (tenor), Michael Volle (bariton) en James Johnson (bariton) met het Berlijns omroepkoor en het Duits symfonie orkest o.l.v. Kent Nagano. Harmonia Mundi HMC 801821 (59’59”). 2003
Van Schönbergs Die Jakobsleiter bestond tenminste een viertal eerdere opnamen, waarbij die van Boulez uit 1980 (Sony 48462) het bekendst was. De andere drie, geleid door Gielen, Akiyama en von Dohnanyi verschenen op obscure labels en waren niet gangbaar zodat er moeilijk over te oordelen valt.
Die Jakobsleiter met zijn filosofisch-bijbelse achtergrond en met daarin verwerkte brokken Balzac, Strindberg en Swedenborg is een grootschalig werk dat de componist voor tal van problemen plaatste, te beginnen met zijn oproep voor militaire dienst in het Oostenrijkse leger in 1917. Het was bij de voltooiing en het bruikbaar maken van het werk een kwestie van passen en meten met allerlei schetsen bij de hand. Die taak werd zodanig verricht dat Winfried Zillig en Rudy Stephan in 1980 een gedrukte versie konden aanbieden. Daar maakte als eerste Boulez gebruik van maar zijn te nuchter zakelijke aanpak had niet de gewenste uitwerking.
Al tendeert het de hier gekozen vorm van Sprechgesang meer naar zang dan naar spreken, waar esthetisch weinig op tegen kan zijn, verder is de nieuwe uitvoering van Nagano en de zijnen een toonbeeld van spirituele intensiteit waarin het overeenkomstig het gegeven niet aan onstuimigheid ontbreekt. Het korte Friede auf Erden vormt een mooi rustige inleiding. Zowel het orkestrale arrangement als de a cappella koorversie komen aan bod.