CD Recensies

SCHUBERT: FANTASIE E.A. PIRES, CASTRO

Schubert: Fantasie in f D. 940; Rondo in A D. 951; Allegro in a D. 947; Pianosonates nr. 13 in A D. 664 en 14 in a D. 784. Maria João Pires en Ricardo Castro (piano). DG 477.5233 (2 cd’s, 93’13”). 2004

 

Sinds oktober 2004 is er echter een tweede uitvoering van Maria João Pires, ditmaal met haar nieuwe partner Ricardo Castro met wie ze eerder dat jaar een bijzonder soort wisselend ‘huiskamersfeer’ recital gaf in Vredenburg. Waar Castro toen met grofstoffelijker spel duidelijk de mindere was van de Portugese, is hij nu een waardig, gelijkgestemd, subtieler spelende partner. Dit project onder de titel Résonance de l’originaire vertoont sterke overeenkomst met het eerdere uit 1997 onder de titel Le voyage magnifique dat in essentie aan Schuberts Impromptu’s  en Klavierstücke was gewijd en eenzelfde opzet had. In plaats van een gangbare toelichting bevat het album een beschouwing van de psychoanalyste Loïse Barbey-Caussé, die misschien het beste kan worden gelezen nadat de muziek is beluisterd. Want waar het om gaat is natuurlijk de opnieuw getoonde kenmerkende gepassioneerde waarmee ze geheel opgaat in hetgeen ze speelt. Dat gebeurt met een poëtisch gevoel, een zin voor de eenvoud van het ware die maakt alsof we stiekem mogen meeluisteren naar waardevolle geheimpjes zoals die tussen intieme vrienden worden uitgewisseld, hier als bevlogen boezemvriendin van Schubert. De Fantasie krijgt daardoor een zeldzaam integer karakter dat voortspruit uit zuivere waarnemingen en lang overdachte ideeën. Pires’ instinct voor tempo, nuancen, accenten, lange melodielijnen vertoont kracht door terughoudendheid met lichte, goed gedoseerde blijken van tenuto en rubato en dat alles in duidelijke kleuren en heldere contouren. Maar misschien is het ware wonder van deze volkomen onzelfzuchtige vertolking, hoe deze voor zichzelf spreekt, nee zingt. Wat voor de Fantasie geldt, is ook van toepassing voor de door de pianiste gespeelde Sonate nr. 13: een droom. Gelukkig overtuigt Castro ook goed in de Sonate nr. 14 en slaagden de andere vierhandige werken heel goed. Maar hoogtepunt blijft die Fantasie. De in haar eigen optrekje in Caxias gemaakte opnamen zijn congruent qua intimiteit. Onvergelijkelijk mooi…..