CD Recensies

SCHUMANN: STRIJKKWARTETTEN NR. 1-3

Schumann: Strijkkwartetten nr. 1 in a op. 41/1, 2 in F op. 41/2 en 3 in A op. 41/3. Eroica kwartet. Harmonia Mundi HMU 90.7270 (78’50”). 1999

Schumann: Strijkkwartetten nr. 1 in a op. 41/1 en 3 in A op. 41/3. Zehetmair kwartet. ECM 472.169-2 (49’32”). 2001

 

Door de maximaal haalbare speelduur te benutten is het ’t Amerikaanse Eroica kwartet gelukt om alle drie de strijkkwartetten van Schumann op één schijfje onder te brengen. Of dat invloed had om de wat minder volle, eerder ietwat schrale klank? Bijzonder is verder dat dit jonge ensemble zich toelegt op een ‘authentieke’ stijl die geen moment de vitaliteit van het spel en de emotie in de expressie benadeelt. De tempi zijn niet opgrschroefd en de klank is mooi doorzichtig. Niettemin klinkt het resultaat toch objectiever en klassieker dan bij rivalen, die slechts het eerste en tweede kwartet combineerden, zoals het Alberni kwartet (CRD CRD 3333) of het eerste en het derde zoals nu het Zehetmair kwartet.

Vergeet daarbij de sombere, monochrome verpakking (een kenmerk van ECM) en leef op bij deze vrijwel in alle opzichten ideale interpretaties van twee van de drie aan Mendelssohn opgedragen kwartetten. Het uit Thomas Zehetmair, Matthias Metzger, Ruth Killius en Françoise Groben bestaande Zehetmair kwartet stelt in dit tweetal stukken alle anderen die in de schaduw. En dan te bedenken dat dit geen vaste formatie, maar een gelegenheidsensemble betreft dat bovendien wel altijd zo goed is voorbereid dat het uit het hoofd speelt.

Het resultaat zijn levendige, meeslepende, zelfs opwindende en doorleefde uitvoeringen waarin schoonheden diep uit de ondergrond naar boven worden gehaald. De onderlinge muzikale dialogen tussen het viertal zijn ook heel boeiend: romantiek zoals het hoort.