CD Recensies

STRAUSS, R.: VIER LETZTE LIEDER, OPERA ARIA'S, STEMME

Strauss: Slotscènes uit Salome en Capriccio; Vier letzte Lieder. Nina Stemme met het Covent Garden orkest Londen o.l.v. Antonio Pappano. EMI 378.797-2 (56’22”). 2006

 

De Zweedse Nina Stemme (bekend van haar opnamen als Isolde in Wagners Tristan und Isolde ook met Pappano en Lidholms Dream play) verzorgt hier als het ware een nieuw zelfportret in een solo-opname die geheel (maar met wat korte speelduur) is gewijd aan operarepertoire en orkestliederen van Richard Strauss.

Beschikkend over een prachtige, allerminst typisch koele Zweedse stem die in tegenstelling tot sommige oudere, krachtige Noordse stemmen een duidelijk en innemend feminien karakter ademt, levert ze een superieure, volkomen ongeaffecteerde en asentimentele prestatie.

Om te beginnen zingt ze met Gerhard Siegel als Herodes en Liora Grodnikaite als Herodias de ruim een kwartier durende slotscène uit Salome te beginnen met ‘Ah! Du wolltest mich nicht Mund küssen lassen, Jochanaan!’. Ze vervolgt met de bijna twintig minuten vergende dito uit Capriccio, nu terzijde gestaan door Jeremy White als Haushofmeister. In het Salome fragment laat ze knap horen hoe diep innerlijk in de bloeddorstige vrouw nog het lieve, onschuldige meisje schuilt voordat haar duistere ‘Liebestod’ inzet en in de brok Capriccio zet ze in korte tijd een genuanceerd beeld neer van de gravin.

De orkestbegeleiding klinkt steeds hoogst sympathiek en vooral in de Vier letzte Lieder mooi gedetailleerd en met prachtige soli van hoorn en viool in goed gekozen tempi. Voor de operafragmenten bestaan geen direct vergelijkbare alternatieven, voor de Vier letzte Lieder natuurlijk wel. Vergelijk dus Stemme vooral met Schwarzkopf (EMI), Janowitz (DG) en Norman (Philips).

Opnametechnisch behoort deze uitgave ook tot de meest geslaagde van met name de orkestliederen.