CD Recensies

STRAUSS, R.: FRIEDENSTAG

Strauss: Friedenstag op. 81. Albert Dohmen (Kommandant), Deborah Voigt (Maria), Alfred Reiter (Wachtmeister), Tom Martinsen (Schütze), Jochen Kupfer (Konstabel), André Eckert (Musketier), Jürgen Commichau (Hornist), Jochen Schreckenberger (Offizier), Matthias Henneberg (Frontoffizier) e.a. met het Ensemble van de Dresdense Staatsopera o.l.v. Giuseppe Sinopoli. DG 463.494-2 (75’58”). 1999

 

Deze eenakter van vijf kwartier lengte uit 1936 is moeilijk te combineren met een soortgelijk werk en dat zal wel een van de redenen zijn dat men het zo zelden ziet en hoort. Het werk markeert tevens Strauss’ laatste samenwerking met Stefan Zweig die niet langer door de Nazi’s werd aanvaard en de overstap naar librettist Joseph Gregor.

Een andere handicap van het werk wordt gevormd door ze grote bezetting aan mannenstemmen (12 stuks) en de enorme orkestbezetting. Niettemin bestaan inmiddels vier volledige opnamen van de opera, te beginnen met een waardevolle historische Weense van Clemens Krauss uit 1939 (Koch) met Viorica Ursuleac en Hans Hotter.

Maar van dit viertal versies zijn er uiteindelijk maar twee echt de moeite waard: die van Sawallisch (EMI) en deze, een van Sinopoli’s laatste opnamen. De grote pluspunten van de DG uitgave zijn de gepassioneerde directie, het ongelooflijk mooie koor- en orkestaandeel en de voortreffelijke opname. Verder de uitstekende Kommandant van Albert Dohmen – half Wodan, half Alberich. Deborah Voigt als zijn vrouw wekt meer twijfel. Alle waardering voor haar kernachtige, dominante stemgeluid, maar het klinkt wel letterlijk en figuurlijk erg hard in het lagere register en niet erg gelijkmatig. Niet zo geschikt voor de vredestichtster Maria. De kleinere rollen zijn redelijk, maar niet geweldig bezet. Moeilijke keus tenslotte en eerst maar proberen hoe Voigt bevalt.