CD Recensies

SPOHR: VIOOLCONCERTEN NR. 6, 8 EN 11

Spohr: Vioolconcerten nr. 6 in g op 28, 8 in A op. 47 In modo di scena cantate en 11 in G op. 70. Simone Lamsma met Sinfonia Finlandia o.l.v. Patrick Gallois. Naxos 8.560528 (70’18”). 2007

 

Vreemd eigenlijk dat Spohr nooit heeft geprofiteerd van een hernieuwde belangstelling voor negentiende eeuwse componisten, dat hij momenteel geen aansluiting heeft gevonden bij de nostalgische romantische muziekgolf. Aan de veelheid en de veelsoortigheid van zijn weken kan het niet liggen, evenmin aan het aangename idioom. Werk aan de winkel voor ondernemende musici en de muziekindustrie dus.

Neem zijn vijftien vioolconcerten, waarvan het achtste In Form einer Gesangsszene waarschijnlijk op grond van de bijnaam het populairst is, maar tegenwoordig niet veel meer is dan concours- en conservatoriumexamen stof. In 1954 maakte Jascha Heifetz van dat werk voor RCA een prachtige opname die echter weinig navolging kreeg.

De enige die zich rond 1995 over het complete vijftiental ontfermde, was Ulf Hoelscher (CPO 999.657-2, 6 cd’s). Later wijdde hij zich ook nog aan de concerten in G WoO 9, in e WoO 10 en A WoO 12 (CPO 999.751-2). Voor violisten blijven trouwens nog andere uitdagingen over in de gedaante van enige Concertante symfonieën: in A op. 48 voor 2 violen en orkest, en een tweetal in G en e voor viool harp en orkest plus eentje in C voor viool, cello en orkest.

Naxos, intussen, kwam al met de Vioolconcerten nr. 2 in d en 9 in d op. 55  door Christiane Edinger (8.223510) en nrs. 7 en 12 door Takako Nishizaki (8.555101). Van nr. 8 verscheen niet zo lang geleden een heel fraaie opname van Hilary Hahn (DG 477.623-2).

Waarmee eerst het muziekconserventerrein aardig is afgebakend voordat de hoogbegaafde, jonge Simone Lamsma ten tonele verschijnt. Ze is ideaal gedisponeerd voor dit soort repertoire want ze bezit en toont niet alleen de elegante stijl en de – inderdaad – bijna vocale kwaliteit waar Spohrs muziek om vraagt, maar ook de noodzakelijke virtuositeit voor dit type repertoire. Vooral de lyrische kwaliteiten van de muziek komen tot volle bloei, zeker in de langzame delen. Maar ook het passagewerk blijft boeiend. De finales krijgen iets dansants mee. De begeleiding is sympathiek en alert. Grappig dat vooral (jonge) dames die het begrip vioolbabe behoorlijk zijn ontstegen zich over dit soort repertoire ontfermen. Hopelijk krijgt Lamsma meer kansen en mogelijkheden om zich niet alleen concertmatig maar juist ook bestendiger via de cd te ontplooien. Ze bespeelt hier een Carlo Tognoni viool uit 1709.