Smetana: Strijkkwartetten nr. 1 in e Uit mijn leven en 2 in d (onvoltooid); Fibich: Strijkkwartet nr. 1 in A. Talich kwartet. Calliope CAL 3332 (68’21”). 2003

Het is bekend: Tsjechische musici hebben de muziek uit hun vaderland haast in hun genen. Geen wonder dat het Talich kwartet Smetana’s idioom tot in de puntjes aanvoelt en realiseert. Dat is vooral een kwestie van gevoel voor de tempofluctuaties en een quasi improviserend karakter. Dat alles met behoud van een vrijwel volmaakte ensemblecultuur en een mooie glans over de klank. Het drama uit de finale van het eerste kwartet met ’s componisten voortschrijdende tinnitus op de achtergrond van een steeds dovere componist wordt mooi naar voren gebracht. Het tweede kwartet klinkt meer ontspannen, maar wel weer met flinke tempoverschillen in het eerste deel en aanstekelijke ‘hoempa’ ritmen in het tweede deel en stevig aangezette contrasten in de finale.

Als bonus is er dan nog het onbekende kwartet van Zdeněk Fibich (1850-1900), een mooi betrekkelijk vroeg werk met frisse Boheemse invloeden uit 1874 waarvan alleen een opname van het Kocian kwartet (Orfeo C 439981 A) bekend is. Hier wordt die versie lichtelijk overtroffen.

Deze opname neemt wat Smetana betreft een ereplaats in naast die van het andere Tsjechische ensemble, het Skampa kwartet (Supraphon SU 3740-2) en het Lindsay kwartet (ASV CDDCA 777); de meeste andere waardevolle opnamen koppelen het bekende eerste kwartet van Smetana aan andere werken, meestal Dvoraks twaalfde (Neger)kwartet en zijn dus geen evenwaardige concurrentie.