CD Recensies

SAINT-SAËNS: PIANOCONCERTEN NR. 1-5

Saint-Saëns: Pianoconcerten nr. 1-5; Afrika fantasie op. 89; Wedding-cake caprice-valse op. 76. Stephen Hough met het Birmingham symfonie orkest o.l.v. Sakari Oramo. Hyperion CDA 67331/2 (2 cd’s, 2u. 35’17”). 2000

 

Saint-Saëns: Pianoconcerten nr. 1-5. Pascal Rogé met Philharmonia-, Royal philharmonic- of Londens filharmonisch orkest o.l.v. Charles Dutoit. Decca 417.351-2,  443.865-2 (2 cd’s, 2u.19’53”). 1978

 

Saint-Saëns was de componist die eind negentiende eeuw de France soloconcertvorm weer op de kaart zette en daarmee de Duits/Oostenrijkse hegemonie doorbrak. Hij greep wel vaker terug op klassieke genres en schreef al met al tien concerten, waarvan dus de helft voor piano.

Het populairst werden het tweede en vijfde concert, maar de overige drie zijn een nadere kennismaking ook zeker waard.

Van nr. 2 is wel spottend gezegd dat je meteen aan het begin in een mum van tijd van Bach naar Offenbach gaat. En inderdaad: de retorische solistische passage waarmee het werk begint heeft veel van een orgelvoorspel van Bach, maar daarna wordt een gallisch vuur ontstoken dat ook vol charme is. Sfeer genoeg.

Daarna is nr. 5, het Egyptische concert, heel bekend en geliefd. Het ontstond liefst veertig jaar na nr. 1 in 1896 toen of nadat hij in Caïro verbleef al klinkt in het werk meer een algemeen mediterrane warmte door in plaats van een demonstratie van zijn liefde voor het exotische. Het mooist in dat opzicht is het middelste. Oriëntaals klinken quasi krekel- en kikvors geluiden; de melodie schijnt te zijn gebaseerd op een oud Nubisch liefdeslied, maar er zijn ook Spaanse invloeden en sporen van Javaanse gamelan, een instrument dat hij in 1889 op de wereldtentoonstelling in Parijs had gehoord.

Verrassend idiomatisch speelt Stephen Hough deze werken. Hij schept sfeer, is zwierig en waar nodig even dramatisch, maar verder is het een en al charme offensief. Sprankeling en panache voeren de boventoon. Bovendien speelt hij als enige meteen ook de kortere werken; het is leuk nu eens dat Bruiloftstaart werk met orkest te horen. Het wint erdoor. 

Het Engelse orkest begeleidt meer dan attent: het ageert inlevend en laat her en der fraaie soli horen.

Een eervolle tweede plaats verdienen Rogé en Dutoit.