CD Recensies

CIMAROSA: OUVERTURES

Cimarosa: Ouvertures I sdegni per amore; La finta Frascatana; I tre amanti; Le donne rivali; I finti nobili; Il pittor parigino; La Biondina; Giunio Bruto; L’amor costante. Tsjechisch filharmonisch kamerorkest o.l.v. Michael Halász. Naxos 8.573.459 (66’26”). 2014

 

Wie een integrale opname wil maken van de complete opera’s van Cimarosa heeft bijna een halve levenstaak, want het gaat om tenminste 65 stuks.

Daarvan zijn alleen L’Italiana in Londra (1797), I tre amanti (1777), Il matrimonio segreto (1792), Il pittor parigi (1781), Le astisie femminili (1794), en Gli Orazi ed i Curiazi (1797) nog incidenteel te horen, te zien en deels ook opgenomen.

Van Alessandro Amoretti en de Esterhäzy sinfonia bestond reeds een deels overlappende opname met twaalf van deze ouvertures op Marco Polo 8.225181, later Naxos 8.225181 uit 2002. Dat deze werken hooguit binnen dertig jaar van zijn actieve componistenleven zijn ontstaan, verbaast mogelijk. Maar geeft ook aan dat geen grote diepgang of karaktertekening werd bereikt. Geen wonder daarom ook dat de componist die ouvertures soms met hooguit wat kleine veranderingen hergebruikte voor andere theaterwerken. De ritmen zijn aantrekkelijk levendig, de melodiek is innemend.

De muziek heeft een typisch Italiaans achttiende eeuws karakter en is zonder het onderwerp en de handeling te kennen heel genietbaar als concertmuziek. Achter elkaar beluisterd wekt het geheel ongeveer als een reeks originele concerti grossi.

Vergeleken met de opera ouvertures van Mozart en andere tijdgenoten zijn die van Cimarosa wat minder verbeeldingsvol, maar zo’n vergelijking is natuurlijk ook niet helemaal eerlijk. Veel klinkt nogal routineus gemaakt, maar wel met enige charme. 

Deze nieuwere uitgave bevredigt net wat meer dan die van Amoretti.