Caetani: ‘Ballata’, ‘Quatre impromptus’, ‘Toccata’ Compositione op. 9; Pianosonate in As op. 3. Alessandra Ammara. Brilliant Classics 94909 (78’56”). 2013
Caetani: Strijkkwartetten in f op. 12 en in D op.1/1. Alauda kwartet. Brilliant Classics 95198 (61’21”). 2016
Als zeventiende hertog van Sermoneta en achtste prins van Teano was Roffredo Caetani (1871-1961) de laatste adellijke overlende van zijn geslacht. Deze Italiaanse componist is alleen al interessant omdat niemand minder dan Liszt zijn peetvader was. Hij werd student bij Martucci en Sgambati en ontmoette Brahms in Wenen, maar belangrijker voor nu is dat hij een klein maar interessant oeuvre naliet. Zijn meeste werken schreef hij voor 1907, later volgden nog wel twee opera’s, Hypathia (1924) en L’Isola de sole (1943).
Nadat zijn zoon Camillo tijdens W.O. II in 1940 omkwam, stichtte hij in 1956 La fondazione Camillo Caetani en zijn dochter Lelia volgde dat voorbeeld door La Fondazione Roffredo Caetani te stichten.
Wat zijn muziek betreft, dienen de clichés zich aan: ‘kwalitatief hoogwaardige muziek vol expressive kracht’ en ‘oorspronkelijk, ondanks eclecticisme’. Zijn pianowerken zijn duidelijk fin de siècle en vertonen Liszt- en Brahms invloeden.
Bij de pianowerken heeft de ‘Ballata’ een melancholieke sfeer en is vrij chromatisch. Een stuk interessanter en beter zijn de vier impromptu’s, inderdaad oorspronkelijk en met de ‘Toccata’ als hoogtepunt. Maar ook hier kijkt iemand over de schouder mee, in dit geval is dat Schumann. Qua vorm is de sonate klassiek van opzet, maar beide slotdelen zijn nogal rapsodisch met balladekarakter.
Het blijkt dat Alessandra Ammara een uitstekend pleitbezorgster is van dit idioom dat ze op heel natuurlijke wijze aanvoelt en subtiel, met een natuurlijk, onopgesmukt gevoel vertolkt. Heel intelligent en vol overgave.
Dan is daar de cd met strijkkwartetten. Zijn eerste strijkkwartet uit op. 1 schreef Caetani al op achttienjarige leeftijd en gaf het vorm naar de voorbeelden van Beethovens middelste kwartetten.
Voor het twintig jaar later gecomponeerde kwartet op. 12 koos hij Liszt als voorbeeld, qua uiterlijk door de doorlopende vorm van de pianosonate te kiezen en qua inhoud door voor de heptatonische toonschaal en een een sterke eenheid van de melodische bouwstenen te zorgen.
Cristina Prats Costa en Milan Bergino (v), Rhoslyn Lawton (va) en Elena Cappelletti (vc) vormden het Alauda kwartet in 2011 al tijdens hun studie aan de Royal Academy in Londen. Ze hebben zich deze nieuwe materie snel goed eigen gemaakt en zetten zich daar vol overgave voor in met homogeen spel vol van de juiste uitdrukkingskracht.
Compliment voor Brilliant dat hiermee weer eens een onverwacht boeiende componist aan het daglicht brengt.