CD Recensies

CHAMBONNIÈRES: PIÈCES DE CLAVECIN

Chambonières: Pièces pour clavecin. Pavanes in d BT. 87 en g BT. 128; Allemandes in F. BT. 46, in C BT. 62 en C  BT. 63; Sarabandes in F BT. 23, C BT. 74, G BT. 120; Courantes in F BT. 102, C BT. 64 en G BT. 117; Gigues in C BT 76 en G BT. 127 (Canaris); Autre brusque, Autre; Chaconne; (La) Drollerie, (Le) Printemps; Gaillarde et double. Françoise Lengellé. Lyrinx LYR 066 (46’42”). 1985

 

Jacques Champion de Chambonnières (ca. 1602-1672) was hofklavecinist en organist van Lodewijk XIII en XIV, maar werkte ook in Zweden en Brandenburg, maar werd ook als componist beroemd. Hij was bovendien de leermeester van andere beroemdheden als enige Couperins, Le Bègue, Cambert en Froberger.

Vreemd genoeg is zijn oeuvre minder bekend dan dat van zijn opvolgers. Dat zal wel mede komen omdat het alleen in facsimile manuscriptvorm beschikbaar was. Maar wie het nader leerde kennen, kan slechts enthousiast zijn. Tenslotte was deze Chambonnières een van de Franse grondleggers van de danssuite en vertaalde hij de versieringstechniek en de style brise van de luit naar de harp.

Zijn traditionele dansvormen zijn niet alleen toonbeelden van helderheid, maar ook van complexiteit., mooi ritmisch gelaagd en fraai versierd. Françoise Lengellé speelt ze zelfverzekerd en gracieus, toont gevoel en intelligentie en zelfs gevoel voor humor.

Haar timing is perfect, zeker in de courantes en de passacaille. Bovendien fraseert ze gevoelig en weet ze raad met de notes inégales. Niet zo verwonderlijk misschien voor iemand die al in 1977 de klavecimbelprijs in Brugge won. 

Françoise Lengellé speelt op David Ley kopieën van een Ruckers uit 1644 en een Blanchet klavecimbel uit 1665 die heel gaaf in klank is gevangen op deze mooie cd.