Chopin: Étude in cis op. 25/7; Pianosonate nr. 2 in bes op. 35; Ballades nr. 3 in As op. 47, nr. 4 in f op. 52; Nocturnes on c op. 48/1, op. 27 nr. 1 en 2; Mazurka’s in cis op. 63/3, f op. 63/2, f op. 68/4, e op. 41/2, a op. 67/4; Wals in b op. 69/2. Naum Grubert. Navis Classics NC 7005 (2 cd’s, 1u. 22’42”). 2016
Om in wat bondige, maar toch haast stotterend gezegde woorden het kaliber van dit bijzondere tweedelige en bijna anderhalf uur durende Chopinrecital te omschrijven, kom je bij zoiets als ‘ongeaffecteerde ernstige melancholie’ terecht.
Al jaren woont, doceert en speelt Naum Grubert (Riga 1951) in Nederland, nooit timmert hij aan de weg, maar zijn optredens gelden als geheimtip voor ware aficionados.
Zelf leverde hij de toelichting in termen als ‘Elke nieuwe tijd werpt een eigen perspectief dat relevant blijft zolang het spiritueel is verbonden met de tijd waarin de muziek is geschreven’. Maar die tijdgeest valt nooit meer precies te reconstrueren, vandaar dat hij authentieke uitvoeringsvorm en instrumenten mijdt en gewoon op een Steinway speelt.
Wat hij laat horen in deze Chopin wordt intiem als een huiskameroptreden gehouden, waarin de luisteraar bij de hand (het ontvankelijke gemoed) wordt genomen op een reis met opgetogen, geheimzinnige, vrolijke, bezonnen, melancholie en trieste momenten al naar de muziek die dicteert.
Rond de tweede sonate is een programma gegroepeerd van een Étude, twee Ballades, drie Nocturnes, drie Mazurka’s en als toegift een Wals, alle tot in hun diepste wezen getroffen.
Een recital van de fenomenale buitencategorie dat de lust tot vergelijken doet vergaan om gewoon te genieten.