CD Recensies

CHOPIN: ÉTUDES OP. 10 EN 25 NR. 1-24, JABLONSKI

Chopin: Études op. 10 nr. 1-12 en op. 25 nr. 1-12. Krzysztof Jablonski. Narodowy instytut Fryderyke Chopina NIFCCD 215 (57’36”). 2015 

 

Chopin: Études op. 10 nr. 1-12 en op. 25 nr. 1-12. Krzysztof Jablonski. Narodowy instytut Fryderyke Chopina NIFCCD 047 (58’38”). 2016

 

Met deze grensverleggende werken, als opus 10 en 25 in twee bundels van twaalf uitgegeven werken, bracht Chopin de étude of vingeroefening uit de oefenruimte in de concertzaal. Hij was lang niet de enige die veeleisende études schreef, maar wat zijn werken in deze vorm boven de rest doet uitsteken, in elk geval tot Liszt, is de manier waarop hij technische met muzikale uitdagingen combineerde en stukken componeerde die leuk zijn om te spelen en om naar te luisteren.

Een pianist kan deze Études niet benaderen zoals hij of zij de Études van Czerny, Moscheles of Cramer zou spelen - die van Chopin vereisen de volle aandacht bij elke fraseherhaling en iedere nuance, willen ze klinken zoals het hoort.

De in 1965 geboren Poolse pianist Jablonski is een oude rot in zijn vak. Eerder maakte hij opnamen van Haydn- en Beethovensonates (Aperto APO 86.404) en Mozarts Pianoconcert nr. 19 (Bayer BR 100066). In 1985 won hij de derde prijs bij het Chopinconcours in Warschau, dus goed vertrouwd met deze materie is hij zeker. 

Hij voelt zich hier op zijn gemak, om het even of het gaat om de moeiteloze chromatische toonladders van op. 10/2, de koortsige nervositeit van op. 25/6 of de elegantie van op. 25/7. Solide pianistiek, dus niet overweldigd door op. 25/8, de geluidsexplosie van op.25/11 of het tumult van op. 10/12. De meer introverte studies op. 10/3 en 6 krijgen een verhalend karakter. 

Tweemaal nam hij de Études op, eerst in 2015 op een Steinway, daarna in 2016 op een Érard uit 1849. Veel verschil in aanpak is er niet. Logisch dat die laatste het interessants is. Jammer is wel dat hij in beide gevallen niet de drie Nouvelles études meteen opnam.

Wie daar ook prijs op stelt, is beter af met de verassende Zlata Chochieva (Piano Classics PCL 0068), de Cubaanse Juána Zayas (Music & Arts CD 891) en in iets mindere mate Nikolai Lugansky (Erato 8563-80228-2).