CD Recensies

CHAUSSON: SYMFONIE; POÈME DE L'AMOUR ET DE LA MER, BLOCH

Chausson: Poème de l’amour et de la mer op. 19 nr. 1-3; Symfonie in Bes op. 20. Véronique Gens (s) met het Nationaal orkest Lille o.l.v. Alexandre Bloch. Alpha ALPHA 441 (60’07”). 2018

Nadat hij bij Massenet een studie in orkestratie had gevolgd, voegde Ernest Chausson (1855 - 1899) zich bij een groep jonge musici rond Franck. Komend uit een gefortuneerde familie hoefde hij niet voor het geld te componeren; hij had ook een enigszins geëxalteerde opvatting van zijn beroep en volgde zijn ideaal van romantische gevoeligheid met een strenge zelfdiscipline. Vandaar een niet erg omvangrijk oeuvre. Franck en Wagner hadden grote invloed op hem. 

Zijn enige Symfonie is uit 1890 en doet in de hoekdelen sterk aan die van Franck denken, maar aan het slot klinkt ook iets van Parsifal door. Alexandre Bloch weet de dragende motieven uit het werk goed duidelijk vorm te geven en toont een goed gevoel voor dit idioom dat hij sfeer geeft.

We kennen al ettelijke mooie opnamen van de Symfonie, met name die van Louis Langrée (Accord 476.8069) en Yan-Pascal Tortelier (Chandos CHAN 9650). 

Chaussons meesterwerk is het aan Henri Duparc opgedragen uitgebreide Poème de l’amour et de la mer op tekst van Bouchoir in de eindversie uit 1893.

Alexandre Bloch legt een kleurig orkestraal tapijt waarop sopraan Véronique Gens haar gedistingeerde stem mooi neervlijt. Zij toont het juiste gevoel voor deze muziek, net zoals vooral Susan Graham dat eerder deed (Warner 2564-61838-2). Er zijn ook versies met een mezzo, bijvoorbeeld van Jessye Norman (Erato 2292-45368-2) en Brigitte Baleys (Classic Talent DOM 2929-97).

Het juiste geluid treffen voor deze muziek is belangrijk en dat is hier gelukt vandaar dat de muziek voortdurend mooi klinkt.