CD Recensies

CESTI: DORI, LA

Cesti: La Dori. Francesca Ascioti (a., Dori), Emöke Baráth (s., Tolomeo), Francesca Lombardi Mazzulli (s., Arsinoe), Rupert Enticknap (ct., Oronte), Federico Sacchi (bs., Artaxerse) e. a. met de Accademia Bizantina o.l.v. Ottavio Dantone. CPO 555.309-2 (2 cd’s, 2u.40’46”). 2019
 
In de tweede helft van de zeventiende eeuw hadden de Venetiaanse opera’s een heel plooibare vorm die bestond uit het recitativo cantando (gezongen recitatief), arioso en aria (meestal strofisch). Alle drie afwisselend en naadloos geïntegreerd om de vaart van de handeling met zijn dramatische of komische episodes te verzekeren. Zelfs nog beter dan de latere Reformopera’s van Gluck. Zo werd het ideaal van Wagners Gesamtkunstwerk al vroeg gerealiseerd.
Twee operacomponisten speelden een dominerende rol op operagebied in die tijd: Cavalli en Cesti. Aan het werk van Cavalli is altijd veel aandacht besteed, Pietro Antonio Cesti (1623 - 1669) bleef wat in zijn schaduw, hoewel hij doorging voor de ‘gevierdste musicus uit zijn tijd’. Populair werd hij met Orontea (1656), La Dori (1663) en Il pomo d’oro (1668).
La Dori op een libretto van Giovanni Filippo Apolloni is uit de periode van 1652 tot 1657 toen hij in Innsbruck werkzaam was voor aartshertog Ferdinand Karl. Het werk had succes en werd indertijd minstens dertigmaal opgevoerd.
Zoals gewoonlijk is de handeling heel complex en betreft een van tevoren gearrangeerd huwelijk. Dori is een prinses uit Nicosia die met de Perzische prins Orante moet trouwen. Maar voordat het zover is, moet deze eerst naar huis voor de begrafenis van zijn vader. Later wordt Dori gevangengenomen door bandieten en wil ze zelfmoord door verdrinking plegen. Intussen droomt Orante over Dori, maar staat hij onder druk om meteen andere prinses, Arsinoe (die ooit het leven van Dori redde), te trouwen. Tenslotte stemt Orante in met een huwelijk met Arsinoe, maar wanneer Dori dat ervaart, stuurt ze hem een brief dat ze zelfmoord gaat plegen. Op het moment suprème blijkt dat ze vermomd is als de slaaf Ali. Ze rukt haar vermomming af en dreigt een dodelijk slaapmiddel in te nemen. Dat wordt voorkomen, waarna de echte Dori met Orante kan trouwen en Arsinoe met de Egyptische prins Tolomeo.
Cesti (wiens driehonderdvijftigstee sterfdag in 2019 werd herdacht) heeft daar dramatische zowel als gevoelige muziek bij geschreven. Het zijn niet alleen Francesca Ascioti als een ontroerende en imposante Dori (en Ali) en Rupert Enticknap als Oronte die heel mooi de dragende rollen zingen. Ook Emöke Baráth als Tolomea en Celinda vervullen hun rollen heel geloofwaardig. Francesca Lombardi Mazzulli is een heel treffende Arsinoe.
Misschien hadden de zangers wat meer versieringen kunnen aanbrengen, maar dat is welde enige (geringe) klacht over een glanzende prestatie.
Ottavio Dantone breidde de aanvankelijke begeleiding door drie eerste, drie tweede violen, twee blokfluiten (“flauto a bacco”) en een grote continuogroep uit met harp, kamerorgel, strijkers aan de baskant, theorbe en klavecimbel. Wat een mooi werk is dit…… Luister maar eens naar de dramatische aria ‘Amor, che mi consigli’ uit het vierde tafereel van de tweede akte waarin de als Ali vermomde Dori zich afvraagt of ze zelfmoord zal plegen. Een ander goed voorbeeld is de aria van Orante uit de eerste akte ‘Rendetemi mi il mio bene’, ideaal voorgedragen door Rupert Enticknap.