CD Recensies

CARRENO: PIANOWERKEN

Carreño: Pianowerken. Wals ‘Corbeille de fleurs’ op. 9, ‘Ballade’ op. 15, Elegieën op. 17 nr. 1 ‘Plainte’ en op. 18 ‘Chef de partie’, ‘Méditation ‘Un rêve en mer’ op. 28, ‘Mazurka de salon’ op. 30, ‘Esquisses italiennes’ op. 33 nr. 1 en 2, ‘Intermezzo scherzoso’ op. 34, ‘Berceuse ‘Le sommeil d’enfant’ op. 35, ’Souvenir de l’Écosse ‘West Highland white terrier’, ‘Fantasie-valse’ op. 39, Wals ‘Mi Teresita’. Alexandra Oehler. Ars Musici AM 1258-2 (60’24”). 1998 
 
Carreño: Pianowerken. Nocturne ’Souvenirs de mon pays’ op. 10, ‘Caprice-Étude’ op. 1/4, ‘Prière’ op. 12, ‘Rêverie-Impromptu’ op. 3, ‘Marche funêbre’ op. 11, ‘Caprice-étude nr. 2 op. 6, ‘Elégie’ op. 18, Mélodies ‘Paintes au bord d’une tombe’ op. 22 nr. 1-6, ‘Impromptu ‘Une larme’ op. 5, ‘Gottschalk wals’ op. 1. Alexandra Oehler. Grand Piano GP 660 (66’25”). 2021
 
De in Caracas, Venezuela geboren pianiste en componiste Teresa Carreño (1853 - 1917) was een erg gevierde en temperamentvolle musicienne, een soort Venezuelaanse Clara Schumann. Ze was viermaal getrouwd, haar eerste echtgenoot was de violist Emile Sauret aan wie Ysaye een van zijn solosonates opdroeg, de derde de componist Eugen d’Albert en de laatste haar voormalige zwager. Afgezien van enige nagelaten Welte-Mignon pianorollen maakte ze geen opnamen.
Haar grote talent werd al vroeg duidelijk. Ze speelde Rossini en Liszt voor, ze ontmoette Gounod en Saint-Saëns, Anton Rubinstein wilde haar les geven. Zelf speelde ze in die tijd vooral Beethoven Chopin en operaparafrasen. Maar ze presenteerde ook eigen werk tijdens haar recitals. 
Maar met een reeks van haar korte (salon)stukken zorgde de Duitse pianiste Alexandra Oehler daar wel voor. Het gaat om meest vrij uitbundige muziek, soms gekruid met enige tristesse, soms met virtuoze trekken á la Liszt. De muziek is niet in de eerste plaats briljant, maar heeft wel karakter.
Ik werd vooral getroffen door de heel expressieve Elegia nr. 1, de Chopinachtige Mazurka en het wiegende ritme van Le sommeil de l’enfant. In het algemeen treft de vitaliteit en de energie van de muziek.
Alexandra Oehler heeft zich goed ingeleefd in dit idioom en geeft de vele stukken met een goed gevoel heel sfeervol weer.