Dvorak: Mis in D op. 86, B. 175; Te Deum op. 103, B. 176. Ewa Biegas (s), Marina Rodriguez Cusí (ms), Javier Tomé (t), José Antonio López (b) met Orfeón Pamplonés en het Navarra symfonie orkest o.l.v. Antoni Wit. Naxos 8.573558 (62’31”). 2015 

De Mis in D uit 1887 en het Te Deum uit 1892 behoren tot de minder bekende koorwerken van Dvorak. Toch waren er natuurlijk wel opnamen van. Wat de Mis en het Te Deum samen aangaat, zorgden Smetácek (Supraphon SU 111821) en Fiala (Pronto 0011) daarvoor. Pancik (ECM 449.508-2) was er voor de Mis en wat het Te Deum betreft was verder keus uit Rilling (Hännsler CD 98.307), Neumann (Supraphon SU 111961-2), Rahbari (Discover DICD 920102-3) en Shaw (Telarc CD 80287).

Zo bezien was mogelijk niet direct behoefte aan een nieuwe uitgave. Met een blik op het gemêleerde gezelschap uitvoerenden uit Polen en Spanje kan men zich afvragen hoe idiomatisch de uitkomst zal zijn.

Het was wel duidelijk dan Wit al een heel goede opname van het Requiem op zijn naam heeft (Naxos 8.572874/5). Net als Jansons overigens (RCO Live 10001). 

De nieuwe koppeling getuigt van enige logica en brengt twee Tsjechische koorwerken met kerkelijk karakter bijeen. Gelukkig klinkt de Mis in de oorspronkelijke zetting met orgel. De stemmen van het heterogene solistenkwartet passen meer dan redelijk goed bij elkaar en bij het kamerkoor. Wit zorgt dat de muziek vrij intiem en charmant klinkt; in het Te Deum pakt hij grootser uit.

De in de Baluarte zaal in Pamplona gemaakte opname klinkt heel goed.