CD Recensies

DONIZETTI: GEAMMA DI VERGY

Donizetti: Gemma di Vergy. Montserrat Caballé (s., Gemma), Paul Plishka (bs., Guido), (Nataya Chudy (s., Ida). Luis Lima (t., Tamas), Louis Quilico (b., Conte di Vergy), Mark Munkittrick (bs, Rolando) met de Schola cantorum en het Opera orkest New York o.l.v. Eve Queler. Sony 88985-7034-2 (2 cd’s, 2 u. 07’18”). 1976

 

Donizetti’s opera Gemma di Vergy ging in 1834 in première, had een groot aanvankelijk succes maar werd pas in 1975 in Napels weer op de planken gebracht. De handeling speelt in de vijftiende eeuw ergens in de Franse provincie waar de onvruchtbare Gemma door haar grafelijke echtgenoot wordt gedumpt en vervangen door Ida die mogelijk wel in staat is een manlijke erfgenaam te produceren. Gemma’s Arabische slaaf Tamas is verliefd op haar en doodt Rolando, de major-domo van de graaf. Gemma pleit voor hem en hij blijft gespaard. 

In de tweede acte probeert Gemma Ida te doden, maar dat wordt door Tamas verhinderd. Hij doodt daarna wel de graaf tijdens de trouwplechtigheid zodat het huwelijk tussen Ida en de graaf niet doorgaat. Tamas pleegt zelfmoord en Gemma wordt dan half waanzinnig en verlangt naar de dood. Te onwaarschijnlijk om mogelijk te zijn, maar in de opera kan alles.

Een van de glansrollen van de Spaanse sopraan Montserrat Caballé was juist de titelrol in deze minder bekende opera van Donizetti. Een concertante uitvoering van dat werk met een andere bezetting en Renato Brusson als partner onder leiding van Armano Gatto verscheen eerder (Rodolphe RPC 32499.500, Myto MCD 952.124). Deze ook uit New York komende heruitgave is eveneens uit 1976.

Dat Caballé zich tot de rol van Gemma aangetrokken voelde, is wel te begrijpen, want het gaat om de waarschijnlijk lastigste sopraanrol in alle opera’s van Donizetti en dus om een grote uitdaging omdat veel te zingen noten in het lastige bereik F-G-A bereik liggen. Gek eigenlijk dat deze uitgave zo lang onuitgegeven was en nu pas in Sony’s operaserie verschijnt. 

Dat Luis Quilico minder moeite heeft met de ééndimensionale rol van de graaf, is invoelbaar. Ook de andere rollen zijn goed bezet en Eve Queler, die zich specialiseerde in minder bekende opera’s, weet het orkest bij vlagen tot koortsachtige inspanningen te brengen, maar gunt ook Caballé alle ruimte.

Dat de opname als zodanig van oudere datum is, is hoorbaar, maar vormt geen hinderpaal.