Dukas: Ariane et Barbe-Bleue. Katherine Cisinsky (s., Ariane), Mariana Paunova (ms., nourrice), Gabriel Bacquier (bs., Barbe-Bleue), Anne-Marie Blanzat (s., Ygraine) e.a. met het koor van de Franse omroep en het Nieuwe filharmonisch orkest van de Franse omroep o.l.v. Armin Jordan. Erato ECD 88097, 2292-45663-2 (2 cd’s, 1u. 57’47”). 1983
Dukas: Ariane et Barbe-Bleue. lori Phillips (s., Ariane), Patricia Bardon (ms., nourrice), Peter Rose (bs., Barbe-Bleue), Ana James (s. Ygraine), Laura Vlasak Nolen (ms., Sélysette) e.a.met de BBC Singers en het BBC Symfonie orkest o.l.v. Leon Botstein. Telarc CD 80680 (2 cd’s, 1u. 54’20”). 2007
In 1907 ondernam Paul Dukas, vooral bekend met zijn symfonische gedicht De tovenaarsleerling, in zijn enige opera als eerste de legende van hertog Blauwbaard als sprookje in drie aktes naar Maurice Maeterlinck. Dat Bartók hem later met zijn enige opera over hetzelfde onderwerp overtrof, wil niet zeggen dat we met een inferieur werk te maken hebben. Aanvankelijk had Dukas er ook best succes mee.
Het gaat om een nogal ambivalent symbolistische compositie, een feministische parabel waarin de terecht Ariane geheten titelheldin de labyrintwereld van Blauwbaard binnengaat om de door hem gevangen gehouden vrouwen te bevrijden. Tragisch is dat die vrouwen helemaal niet bevrijd willen worden. Ze verkiezen het donkere kasteel boven de alleen maar boos verwachte buitenwereld. De actie is gering in dit werk, maar juist daarom leent het zich ideaal voor een opname.
Ondanks wat moeizame momenten gaat het om een heel goede compositie: sexy, verontrustend en doorschoten met fraaie post-romantische harmonieën. Zeker de orkestratie is heel kleurrijk. De mooiste momenten zijn wanneer Ariane de vensters van de vrouwen opent.
Dat blijkt uit de verklanking van Leon Botstein, die echter geen uniform sterk zangersteam ter beschikking had. Lori Phillips zingt de veeleisende hoofdrol wel met veel aplomb en gevoel, maar wordt soms wat overbelast. In zijn paar uitingen had Peter Rose een wat krachtdadiger Blauwbaard mogen zijn. De beste prestaties zijn van Ariane’s ’nourrice’ Patricia Bardon, een nogal sinistere stem in een wereld die toch al vol onzekerheden is. Laura Vlasak Nolen heeft een mooi moment met haar ‘Oh! Tu es pale’ alsof ze anticipeert op Mélisande in de opera van Debussy.
De oudere Franse opname van Jordan is vooral opnametechnisch de mindere.