CD Recensies

DUTILLEUX: PIANOWERKEN

Dutilleux: Pianowerken. Petit air à dormir debout; Pianosonate; ‘Prélude en berceuse’, ‘Improvisation’ uit Au gré des ondes; Blackbird; Tous les chemins …. mènent à Rome; Résonances; Figures et résonances nr. 1-4; Mini-prélude en éventail; Préludes nr. 1-3; Bergerie; Au gré des ondes nr. 1-6. Robert Levin en Ya-Fei Chuang. ECM 476.3653 (75’18”). 2008  

 

Henri Dutilleux en zijn echtgenote Geneviève Joy (Erato 4509-91721-2, 2 cd’s) gaven begin jaren negentig een mooi beeld van Dutilleux’ kamermuziek en John Chen zorgde in 2005 ook voor een selectie uit de pianowerken (Naxos 8.557823), maar het is toch vooral Robert Levin die met zijn onder de titel D’ombre et de silence gegeven recital de aandacht trekt. Daarin bijgestaan door Ya-Fei Chuang in de vier Figures et résonances die op heel briljante en idiomatische manier deze muziek dient.

In 1948 was de Pianosonate één van de eerste werken waarmee de componist de aandacht trok. Het is en blijft een van zijn belangrijkste, vrij bedachtzame composities doe prachtig zijn geschreven. Maar feitelijk ook alle kortere stuken maken een frisse, krokante indruk en lijken niet onderhevig te zijn aan inflatie met hun inventieve inhoud en hun intrigerende titels, die het nodige aan hun charme toevoegen.

Waar de Pianosonate nog aansluit bij de de klankwereld van Bartók en Messiaen, blijkt het bij de latere pianowerken - vooral bij Résonances (1965), Figures et résonances (1970/6) en de Préludes (1963-1988) te gaan om akoestische bouwsels waarin het fenomeen resonantie een klankwereld op zich vormt.

Levins heldere voordracht van dit programma heeft een heldere, magnetiserende, delicate werking.