CD Recensies

DALCROZE: PIANO- EN ORKESTWERKEN

Dalcroze: Schetsen op. 10/1-6; Pianostukken op. 44/1-3; op. 45/1-3, op. 46/1-3; Polka enharmonique op. 47. Adalberto Maria Riva. Toccata classics TOCC 0473 (64’17”). 2018

Dalcroze: Cascades; Caprices en ritmische studies nr. 1-20; Esquisse pour un exercise de cordes. Paolo Munaò. Toccata classics TOCC 0532 (59’16”). 2018

Bij het noemen van de naam van de Zwitserse componist Émile Jaques-Dalcroze (1865 - 1950) zullen velen vooral denken aan de man die met zijn Méthode Jaques-Dalcroze de Euritmie, een door de grondlegger van de antroposofie Rudolf Steiner geïntroduceerde expressieve danskunst verder ontwikkelde als een manier om muziek beter te begrijpen met beweging.

Maar hij studeerde ook bij Delibes en Fauré in Frankrijk en Fuchs in Wenen. Hij was een niet onbelangrijke componist van opera’s, cantates, orkest- en pianowerken. In samenwerking met o.a. de Association des Amis Jacques Dalcroze en de Fondation de famille Jaques Dalcroze nam Toccata het initiatief om diens Pianowerken voor het eerst integraal vast te leggen.

Daarvan  is dit tweetal cd’s het gevolg. Een derde is vermoedelijk in de maak.

Bij zijn twintig Caprices en ritmische studies gaat het om lyrische karakterstukken die het van subtiele vertolkingen moeten hebben. De titels ‘Kobolde’, ‘Träumerei’, ‘Schmetterlinge’, ‘Ständchen’, ‘Kanon’ en ‘Capriccio’ van de Schetsen op. 10 geven ook aan dat de muziek in deze sfeer moet worden gezocht.

Beide pianisten voelen zich daar goed in thuis en zorgen voor nuttige bijdragen die de pedagogische intenties van de componist verduidelijken. Nog duidelijker wordt dit aan de hand van de opname met de orkestwerken Suite de danses, Poème alpestre, de Variatiereeks La Suisse est belle en de balletsuite Sancho door het Moskou’s Symfonie orkest o.l.v. Adriano (Sterling CDS 1057-2).

Bij de Suite des danses uit 1911 valt op dat de vier delen ieder weer uiteenvallen in verschillende korte dansen. Vergelijkbaar hiermee is de Suite de ballet uit 1897 die afkomstig is uit de opera Sancho. Dat Dalcroze zich vooral goed thuisvoelde in kleine vormen, tonen de 13 Petites variations sur ‘La Suisse est belle’ aan. De melodie daarvan kennen we in Nederland als ‘O kom er eens kijken’. Naar verhouding lijkt de erg symfonische opzet van het Poème alpestre uit 1898 wat minder geslaagd. Niettemin is sprake van charmante muziek.