CD Recensies

DUREY: DIVERSE WERKEN

Durey: ‘Images à Crusoé’ op.11 nr. 1-7; ‘Éloges’, ‘Madrigalen’ voor zangstem, piano, fluit, hobo, klarinet en fagot nr. 1-6; ‘Chansons basques’ op. 23 nr. 1-6; Strijkkwartetten nr. 1 en 2 op. 19; ‘Le bestiaire ou Cortège d’Orphée’ op. 17a nr. 1-26; Pianoconcertino op. 83; ‘Le printemps au fond de la mer’ op. 24. Frédérique Brodard (s), Sylvie Sullé (ms), Marcel Quillévéré (t), Jean-Louis Oaya (b), Lionel Peintre (b), Philippe Biros (p) met het Ensemble Erwartung o.l.v. Bernard Desgraupes. Mandala MAN 4980/1 (2 cd’s, 2u., 18’50”). 1997

In het huidige muziekleven leeft weinig van de Groupe des Six voort. Alleen Poulenc houdt repertoire, van Honegger is ook nog wel eens wat te horen, van Germaine Tailleferre, Georges Auric en het jongste lid Louis Durey (1888 - 1979) nauwelijks meer hoewel zijn loopbaan zich ver tot in de twintigste eeuw uitstrekte. Misschien mest dat wel zo komen, want Cocteau noemde hem ‘le solitaire’.

Dat Durey zijn eigen weg ging, valt niet te ontkennen, maar hij behield ook een duidelijke binding met zijn groepsgenoten. Ter illustratie daarvan kan de liederencyclus Le bestiaire uit 1919 op tekst van Apolllinaire dienen. Poulenc gebruikte in zin cyclus zes van die gedichten, Durey ging verder en koos er zesentwintig uit.

Er blijken in zijn oeuvre meer liedcycli te vinden: ‘Éloges’ (1917), ‘Images á Crusoé’ (1918), ‘Margaux’ en ‘Chansons basques’ (1919). Tussen die cycli bestaat afwisseling genoeg, niet alleen door de diverse teksten, maar ook door de steeds wisselende instrumentale begeleiding. Dat moet een handicap zijn geweest voor een grotere bekendheid en een geruime verspreiding daarvan. Gelukkig brengt dit dubbelalbum uitkomst.

Wat tijdens het beluisteren opvalt, is hoe kort die op zich best ambitieuze liederen zijn.

Ook de beide Strijkkwartetten zijn bondig en duren elk niet langer dan twintig minuten wat voor het vierdelige nr. 1 wel erg kort is. Het Pianoconcertino is eveneens apart met een begeleiding door 16 blazers en contrabas. 

Maar de muziek zelf maakt veel goed, want die is vooral onderzoekend, lyrisch van aard en ook betekenisvol met soms wat provocerende momenten.

De goede vertolkingen door de solisten en het ensemble Erwartung halen Durey uit zijn niche en brengen hem verder vooraan in de keten interessante componisten.