Dvorak: Bagatellen voor harmonium, 2 violen en cello op. 47 nr. 1-5, B. 79; Strijktrio in C op. 74, B. 148 ‘Terzetto’; Kwintet voor strijkkwartet en contrabas in G op. 77, B. 49. Scharoun ensemble Berlijn. Tudor 7187 (69’48”). 2013
De vijf Bagatellen van Dvorak uit 1878 nemen een bijzondere plaats in binnen het oeuvre van Dvorak omdat er een harmonium bij betrokken is. Dat instrument was in 1842 verder geperfectioneerd en Dvoraks vriend Josef Srb-Debmov beschikte over zo’ instrument en hij gebruikte het om de altvioolpartij of de baspartij in te vullen. Dat zo een bijzondere klankcombinatie ontstaat, spreekt voor zich.
Nr. 1 heeft een scherzokarakter, nr. 2 is lyrisch in dansritme, nr. 3 kijkt terug op nr. 1 met hetzelfde thema en de vierde heeft een langzame pastorale melodie.
Ondanks het hoge opusnummer is het Strijktrio op. 77 een jeugdwerk uit 1887, dat wel is omschreven als een miniatuur symfonie voor strijkers, hoewel ook dit werk is bedoeld als muziek voor in huiselijke vriendenkring. Daarom worden ook geen al te zware eisen gesteld aan de uitvoerenden.
Maar er is natuurlijk niets op tegen wanneer deze composities door echte professionals worden uitgevoerd en dat zijn de leden van het Scharoun ensemble Wolfram Brandl (v), Rachel Schmidt (v), Micha Afkham (va), Richard Duven (vc), Peter Riegelbauer (cb) en Wolfgang Kühnl (harmonium) die normaal deel uitmaken van het Berlijns filharmonisch orkest.
Zijn maken van deze wat bescheiden composities sonore meesterwerken.