Debussy: Strijkkwartet in g; Fauré: Strijkkwartet in e op. 121; Ravel: Strijkkwartet in F. Ebène kwartet. Virgin 519.045-2 (80’27”). 2008
Is er na de gecombineerde kwartetuitvoeringen van het paar Debussy/Ravel door o.a. het Melos kwartet (DG 463.082-2), het Hagen kwartet (DG 437.836-2), het Belcea kwartet (EMI 574.020-2) en het Italiaans kwartet (Philips 464.699-2) nog een overtreffende trap mogelijk. Ja, dat is mogelijk laat het onbekende jonge Franse strijkkwartet dat ook (in positieve wisselwerking?) jazz schijnt te spelen hier debuteert op cd horen.
Geen eerder geconserveerde vertolkingen van de kwartetten van Debussy en Ravel bezit een vergelijkbare koortsachtige intensiteit die geen moment overdreven aandoet, maar die de luisteraar wel op het puntje van de stoel brengt. Heel knap wordt in beide werken ook de structurele rijkdom en de vele subtiele nuancen blootgelegd. De klankkleuren bloeien tevens fraai op wat deels ook te danken zal zijn aan de akoestiek van de Ferme de Villefavard schuur waarin de eerder direct dan vergalmd klinkende opname tot stand kwam. Als moment van betrekkelijke rust klinkt tussen Debussy en Ravel het late kwartet van Fauré, een uitvoeriger, passender aanvulling dan bij opnamen die het helemaal zonder of met kortere werken van Webern en Dutilleux moesten stellen. Het brengt de speelduur op ruim 80 minuten, haast een unicum en dat zonder enige inbreuk op de geluidskwaliteit. Een woordje extra over dit opvallende nieuwe strijkkwartet had geen kwaad gekund. Verder geldt Hearing is believing.