Dvorak: Vioolconcert in a op. 53; Gershwin: An American in Paris. Liza Ferschtman met het Nederlands filharmonisch orkest o.l.v. Mario Venzago. Challenge CC 72530 (52’30”). 2011
Je moet er maar op komen deze koppeling te maken. Het kan voordelen hebben voor verzamelaars die al een andere opname bezitten van een normaal met het Dvorakconcert gecombineerd werk, zoals bij Ehnes (Chandos CHAN10309) het Pianoconcert of Chang (EMI 557.521-2) het Pianokwintet of Faust (Harmonia Mundi HMC 90. 1833) het Pianotrio in f op. 65 om slechts de mooiste alternatieven te noemen.
Het kan ook een nadeel zijn als men geen behoefte heeft aan Gershwin of de speelduur te kort vindt. Aan Ferschtman, het Amsterdamse orkest en de Zwitserse dirigent ligt het welslagen van de onderhavige uitvoeringen niet. Soliste en dirigent zorgen dat de Slavische trekken van het werk in een onstuimig energieke aanpak van het eerste deel goed uitkomen. Mooi dat de soliste niet bang is ware pianissimi te maken, met name aan het begin van het tweede deel, een verstilde meditatie die in een mooi vloeiend tempo wordt gespeeld. Boven de finale staat Allegro non troppo en zo wordt het deel ook uitgespeeld. Met een presto instelling zou het teveel zijn gaan lijken op de koortsachtige Slavische dans in g. De furiant ritmen zijn ook nu al pakkend genoeg.
Zoals Bernstein (Sony 63086) met veel schmalz Gershwins An American in Paris dirigeerde, doet Venzago het niet. Maar de muziek krijgt van hem en het in het hele programma voortreffelijk spelende orkest met een instinctief gevoel voor de verlangde sfeer voldoende swing mee en verraadt zo zijn verwantschap met vlotte filmmuziek.