Erlebach: Triosonates voor viool, viola da gamba en b.c. nr. 1 in D, 2 in e, 3 in A, 4 in C, 5 in Bes en 6 in F. L’Achéron. Ricercar RIC 393 (69’02”). 2018
De naam van Philipp Heinrich Erlebach (1657 - 1714) die sinds 1694 een tijd kapelmeester was van de graaf Schwarzburg-Rudolstadt is hooguit bekend als een van de voorlopers van Bach. Naar uit deze Triosonates blijkt was hij een uitstekende vakman in de fin de siècle wereld van de zeventiende eeuw en beloont hij de luisteraar met iets van de retorische dieptewerking van Johann Christoph Bach en het vlotte contrapunt van Buxtehude. Maar ook met muziek die in de Franse traditie staat en - meer nog - de Italiaanse sonatestijl volgt met dansdelen. Charmante muziek, zoveel is zeker en het verrast opnieuw hoeveel mooie muziek er al werd gecomponeerd in de zeventiende eeuw, misschien wel vooral dankzij de vele kleine vorstendommetjes in het toenmalige Duitsland met elk een muziekensemble dat voortdurend van vers materiaal moest worden voorzien.
Opvallend is dat hij in de zesde sonate, vermoedelijk voor het eerst in Duitsland, violini piccoli gebruikt.
Het Belgische Ensemble Achéron bestaat uit Marie Rouquié (v, piccolo v), Yoan Moulin (kl, org), Miguel Henry (aartsluit), Sarah van Oudenhove (basv) en François Joubert-Caillet (basv) en zorgt voor heel bevredigende uitvoeringen met mooie dansritmen en dynamische schakeringen. Een belangrijk punt is ook dat een historisch verantwoord instrumentarium is ingezet.
Het gevolg is een bijzonder treffende uitgave die de kwaliteit van een wezenlijk deel van Erlebachs muziek onderstreept. Helaas ging ongeveer negentig procent daarvan verloren bij een brand van kasteel Heidecksburg in Rudolstadt waar de muziek in de bibliotheek was opgeslagen.
De eerdere opnamen van deze werken door Arte Musico (Verso VRS 2146) en Rodolfo Richter c.s. (Linn CKD 270) zijn me onbekend, maar kunnen nauwelijks beter zijn. Er zijn ook opname van Cantates van Erlebach door Ludger Rémy (CPO 777.345/6-2) uit 2007.