CD Recensies

ENESCU: OCTET, VIOOLSONATE NR. 3

Enescu: Octet in C op. 7 (orkestratie Forster); Vioolsonate nr. 3 in D op. 25. Resp. Monte Carlo filharmonisch orkest o.l.v. Lawrence Forster en Valeriy Sokolov en Svetlana Kosenko. Virgin 519.312-2 (65’01”). 2008

Met het Dixtuor of Decet voor blazers op. 14 behoort het Octet voor strijkers uit 1900 tot de vroege, exuberante werken van de Roemeen Enescu (1881-1955) die het grootste deel van zijn leven in Frankrijk doorbracht. Het is het werk van een negentienjarige, nog beïnvloed door Brahms en ook door zijn toenmalige leraar Fauré. Opvallend zijn verder de beheersing van contrapunt en de momenten van lyrische charme, in het lentement vooral.
Er bestaat (bestond?) een mooie eerdere opname van het werk in oorspronkelijke vorm door het Viotta ensemble o.l.v. Micha Hamel (Ottavo OTRC 20179). Hier horen we het in een geslaagde zetting voor behoorlijk groot bezet strijkorkest met mooie bij wijze van interne dialogen en monologen aangebrachte solotrekjes en kwartetachtige inbreng. Dat verheldert en zorgt voor welkome afwisseling plus een onderscheid tussen hoofd- en bijzaken. Fosters gediversifieerde bewerking is overtuiging dan de zettingen voor strijkorkest van Mendelssohns octet en Schönbergs Verklärte Nacht. Echt een mooie ontdekking.
Veel bekender is natuurlijk de derde vioolsonate dans le caractère populaire roumain. Menuhin, ooit leerling van Enescu, was een der eersten die het werk opnam. Later volgde een hele reeks andere violisten, waaronder Nurit Stark (Claves) en Oprean (Hyperion) tot de meest overtuigenden behoorde. Maar ook het duo Sokolov en Kosenko toont het juiste gevoel voor de Roemeense folklore en de stijl van de locale volksviolisten. Karakter genoeg en in idiomatisch opzicht komen we niets te kort.