Fauré: Nocturnes nr. 1 in Es op. 33/1, 7 in cis op. 74 en 13 in b op. 119; Barcarolles nr. 3 in Gis op. 42 en 12 in in Es op. 106bis; Thema en variaties in cis op. 73; Impromptu nr. 5 in fis op. 102; Préludes op. 109 nr. 1-9; Romance sans paroles in As op. 17/3. Hannes Minnaar. Challenge CC 72731 (met dvd, 76’30”). 2016
Fauré’s pianocomposities behoren tot de mees subtiel en onvervaarde werken uit de pianoliteratuur. In tegenspraak met hun zekere mate aan schroom (‘Het schijnt dat ik mezelf steeds herhaal’) bezitten ze in tegendeel een verrassend groot gevoelsmatig bereik.
Fauré schreef gedurende zijn hele creatieve leven pianomuziek, beginnend in licht erotische stijl, daarna via sportieve uitingen met een haast luchtige virtuositeit die ven luchtig is als de elementen zelf tot aan desolate uitingen uit zijn laatste jaren.
Daar in zijn krachtigste werken – de Barcarolles nr. 7-11, de Nocturnes nr. 11-13 – horen we iets van de door zijn toenemende doofheid veroorzaakt verdriet, boosheid maar ook berusting.
Het is niet zo’n eenvoudige taak op al deze wisselende expressie mooi naar voren te brengen. Iemand die dat goed lukte, is Kathryn Stott (Hyperion CDA 66911.4, 4 cd’s), maar ook Hannes Minnaar die naar eigen zeggen grote affiniteit met Fauré bezit, lukt dat in dit mooi gevarieerde recital heel mooi. Hij blijkt uitstekend te zijn opgewassen tegen de taak om een reeks verschillend geaarde werken elk een eigen persoonlijke allure te geven. Geen moment verliest hij de beheersing, steeds weet hij het rubato en pedaalgebruik goed te doseren. In Nocturne nr. 13 toont hij voldoende drama, de Impromptu krijgt een uitgesproken virtuoos karakter, de Barcarolles getuigen van passie en finesse in gelijke mate. Aardig dat ook minder bekende werken als Thema en variaties en de Romance sans paroles aan bod komen.
Het is alles zeer stijlvol en idiomatisch gedaan, dus een groot compliment waard.