Feldman: Triadic memories; Piano 1977. John Snijders. Hat Art 2-205 (2 cd’s, 1u. 55’15”). 2017
Ooit merkte Morton Feldman over zijn Triadic memories op dat ze ‘enigszins zijn als een wandeling door een moderne wereldstad waar alle gebouwen er hetzelfde uitzien, zonder dat ze hetzelfde zijn’.
Dat is andere koek dan zin ’nieuwe complexiteit’. Het werk is lang en klinkt erg zacht gedurende ongeveer anderhalf uur. Het moet niet voor de vertolker, maar ook voor de luisteraar een hele opgave zijn om zolang de concentratie vast te houden.
Het werk begint met noten die aan de uiteinden van de piano zijn gelegen. Dan volgen herhaalde frasen met geringe variaties die soms even instorten, maar dan tot nieuw leven komen en in nieuwe patronen uitgebreid worden. Clusters in majeur en mineur secunde intervallen zijn heel kenmerkend voor de componist.
Wat helpt, is wanneer een tempo wordt aangehouden dat overeenkomst heeft met de hartslag in ruste.
Het is misschien wel interessant om de grote bandbreedte van de uitvoeringsduur van de verschillende vertolkers eens te laten zien.
Aki Takahashi, ALM Records ALCD-33 in 1983 (60’17”)
Roger Woodward, Et’cetera KTC 2015 in 1990 (87’46”)
Markus Hinterhäuser, Col Legno WWE 2CD 31873 in 1993 (100’26”)
John Tilbury, LondonHall LOHALL DO 13 in 1994 (79’28”)
John Snijders Hat Art 2-295 in 2000 (89’48”)
Sabine Liebner Oehms OC 510 in 2001 (124’05”)
Marilyn Nonken, Mode 136 in 2003 (93’46”)
Steffen Schleiermacher.MDG MDG 613-1521-2 in 2007 (80’44”)
Jean-Luc Fafchamps, Sub Rosa SR 280 in 2009 (73’59”)
Die blijkt enorm groot te zijn en reikt van 60’17” tot meer dan het dubbele 124’05”.
John Snijders is pianist van het Ives ensemble en het Nieuw ensemble, een specialist in eigentijds repertoire en hij neemt met zin meesterlijke uitvoering een belangrijke middenpositie in. Ligt de waarheid werkelijk in het midden? Het is veilig om dat aan te nemen.
Voorwaarde om deze muziek te beluisteren is wel, dat zulks in een verder doodstille omgeving moet gebeuren, zodat de akoestiek deel wordt van een poëtische belevenis.